zaterdag, 15. juli 2006 - 21:44

Gladde slang in Wierdense veld

Wierden

Deze week is in het Wierdense veld door medewerkers van Landschap Overijssel een zeldzame gladde slang gezien. De gladde slang is wel eerder in het Wierdense veld waargenomen, maar dat zijn oude meldingen die voor een deel niet gecontroleerd konden worden.

Deze vondst maakt dit hoogveen nog unieker en zeer zeker de moeite waard om goed te beheren en beschermen. Vorig jaar werd hier ook al de Noordse Glazenmaker vastgesteld. Een zeldzame en bedreigde libel, die nog in elke Nederlandse hoogvenen voorkomt.

Ecoloog Mark Zekhuis van Landschap Overijssel werd gebeld door schaapherder Maarten-Willem Volkers. Maarten-Willem stond midden in het Wierdense Veld met zijn schapen en dacht zojuist een adder gezien te hebben die in een graspol van pijpestro verdween. Zekhuis wist dat er nog nooit waarnemingen van adders in het Wierdense veld zijn gedaan, maar wel meldingen van gladde slangen. Deze soort is veel zeldzamer en is moeilijker te herkennen. De pol werd in de gaten gehouden totdat ecoloog Zekhuis was gearriveerd. Daar aangekomen werd in de graspol een prachtige opgerolde, gezonde en volwassen gladde slang gevonden. Het levende bewijs dat er op het Wierdense veld nog gladde slangen voorkomen.

Een gladde slang wordt bijna net zo groot als een adder (50 tot 80 cm) maar is iets slanker. Hij verschilt van een adder door het ontbreken van een zig-zag streep op de rug. Dit zijn bij de gladde slang bruine blokjes op een grijsbruine ondergrond. Daarnaast heeft een gladde slang een ronde pupil (niet verticaal) een kleinere kop en een opvallende zwarte oogstreep. De gladde slang leeft voornamelijk van hagedissen en muizen. Vooral nesten met jonge (spits)muizen worden door hem leeggegeten. Hij is niet giftig en heeft daarom ook geen lange tanden zoals een adder.

Gladde slangen zijn dieren die in lage dichtheden voorkomen en zeer moeilijk te zien zijn. Met halfbewolkt warm weer kan je ze soms verrassen als ze aan het zonnen zijn. Vaak schieten ze bij het benaderen (trillingen op de grond) al snel weg in de dekking. Volgens onderzoek komen er één tot zeven slangen voor per hectare geschikt leefgebied. Dat leefgebied bestaat uit hoogvenen, heideterreinen en structuurrijke kalkgraslanden. Vooral stukken die zijn vergrast hebben zijn voorkeur. Ze hebben in het bijzonder te lijden door verlies van structuurrijke bosranden, grootschalig plaggen en branden.
Provincie:
Tag(s):