De provincie Groningen kent al jaren de hoogste werkloosheid. In 2005 was daar bijna 10 procent van de beroepsbevolking werkloos. Ook Drenthe en Flevoland telden relatief veel werklozen. De werkloosheid was het laagst in Utrecht. Verder lag de werkloosheid in Noord-Brabant, Gelderland en Zeeland onder het landelijk gemiddelde (ruim 6 procent).
In de periode 2001-2004 is de werkloosheid in heel Nederland gestegen. Van 2004 op 2005 is aan deze stijging een einde gekomen. Alleen in de vier grote steden steeg de werkloosheid nog verder. In de rest van Nederland is de werkloosheid het afgelopen jaar iets gedaald.
In 2005 was 9 procent van de beroepsbevolking in Amsterdam, Rotterdam, Den Haag en Utrecht werkloos. In 2004 was dat nog 8 procent. De stijging van de werkloosheid in de vier grote steden trof vooral de niet-westerse allochtonen. De werkloosheid onder de autochtone stedelingen is nauwelijks gestegen.
Net als in voorgaande jaren kende Rotterdam de hoogste werkloosheid van de vier grote steden. Bijna 11 procent van de Rotterdamse beroepsbevolking zat in 2005 zonder werk. De werkloosheid in Amsterdam komt met 10 procent voor het eerst in de buurt van het Rotterdamse niveau. De werkloosheid in deze twee steden is anderhalfmaal zo hoog als het landelijke gemiddelde. In Den Haag en Utrecht lag de werkloosheid in 2005 wat lager, maar nog altijd hoger dan landelijk.