dinsdag, 6. juni 2006 - 14:57

Kans op hart en vaatziekten eenvoudiger in te schatten

Groningen

Met behulp van moderne, patiënt-vriendelijke onderzoeksmethoden kunnen in een vroeg stadium stoornissen aan het autonome zenuwstelsel vastgesteld worden bij patiënten met suikerziekte. Zo kan worden vastgesteld welke patiënten een verhoogd risico lopen op hart- en vaatziekten. Dat blijkt uit onderzoek van Joop Lefrandt, uitgevoerd aan de afdeling Interne Geneeskunde van het UMCG. Hij promoveert op 21 juni 2006 aan de Rijksuniversiteit Groningen.

Lefrandt deed onderzoek naar de relatie tussen schade aan het autonome zenuwstelsel en schade aan hart en bloedvaten. Het autonome zenuwstelsel is onderdeel van het onbewuste gedeelte van het centraal zenuwstelsel en staat grotendeels niet onder invloed van de wil. Het autonome zenuwstelsel regelt ook automatisch de ademhaling, contractietoestand van de luchtwegen, maagdarmkanaal en de blaas.

Van oudsher wordt aangenomen dat schade aan het autonome zenuwstelsel wordt veroorzaakt door schade aan de perifere zenuwen. Lefrandt deed klinisch onderzoek bij patiënten met suikerziekte, hoge bloeddruk en bij gezonde vrijwilligers. Hij toont aan dat schade aan het autonome zenuwstelsel het gevolg is van schade aan hart en bloedvaten.

Tot voor kort werd het functioneren van het autonome zenuwstelsel gemeten met behulp van de zogeheten Ewing-batterij. Hierbij moesten patiënten gedurende twee uur verschillende proeven ondergaan, zoals bijvoorbeeld het diep ademhalen, het gaan staan en het houden van een hand in ijswater. Door toepassing van nieuwe, patiëntvriendelijke technieken zoals baroreflex-gevoeligheidsmetingen en hartslagvariabiliteits-metingen kan schade aan het autonoom zenuwstelsel eenvoudiger, betrouwbaarder en binnen tien minuten worden ingeschat.
Provincie:
Tag(s):