In de nacht van 31 augustus op 1 september 2006 heeft de verdachte het stoffelijk overschot opgehaald in de Belgische Ardennen en is met het lichaam in zijn auto naar Duitsland gereden, daarbij achtervolgd door een observatieteam. De verdachte werd in Duitsland door de Duitse autoriteiten aangehouden.
Op vrijdag 8 september is de verdachte aan Nederland uitgeleverd en in verzekering gesteld. Op 11 september is hij geleid voor de rechter-commissaris, die hem op verdenking van moord danwel doodslag op zijn vrouw in bewaring heeft gesteld. Vanaf 25 september zit de verdachte voor 90 dagen in gevangenhouding.
Op bevel van de rechter-commissaris zal de verdachte ter observatie worden opgenomen in het Pieter Baan Centrum.