donderdag, 23. maart 2006 - 11:56

Schiphol structureel nalatig bij gladheid

Amsterdam

De bemanning van de Boeing 737-700 van Easyjet die op 22 december 2003 op de luchthaven Schiphol slipte, een lichtmast raakte en van de taxibaan gleed, was onvoldoende
geïnformeerd over de gladheid. Dat concludeert de onderzoeksraad voor Veiligheid, onder voorzitterschap van prof. mr. Pieter van Vollenhoven, in een vandaag verschenen
rapport.

De bemanning van de Boeing week af van de door de luchtverkeersleiding aangegeven route. Die keuze was door de bemanning gemaakt vanwege de gladde baan. Binnen de gekozen route konden minder scherpe bochten worden gemaakt.

Tijdens het onderzoek heeft de Raad een aantal tekortkomingen aan het licht gebracht in de wijze waarop destijds op de luchthaven werd omgegaan met gladheid en het bestrijden ervan. Zo duurde het lang voordat werd begonnen met de gladheidbestrijding en werd de gesignaleerde gladheid niet onmiddellijk doorgegeven aan de verkeersleiding en aan de bemanningen.

De Raad wijst er verder op, dat in december 2001 de voorganger van de Onderzoeksraad voor Veiligheid, de Raad voor de Transportveiligheid, al heeft aangedrongen op verbeteringen in de weerberichtgeving op Schiphol en de acties die op grond, naar aanleiding van de weersverwachtingen, moeten worden ondernomen.

Na het ongeval met Easyjet blijkt, dat Schiphol en de overige betrokken partijen, na twee jaar nog onvoldoende invulling hebben gegeven aan het verminderen van de risicos in de weerberichtgeving. De Onderzoeksraad is daarom van mening dat hier sprake is van een structureel veiligheidstekort.
Provincie:
Tag(s):