Uit dood herrezen Ajax naar bekereindstrijd

In de laatste minuut van de blessuretijd had de oefenmeester echter ineens weer reden tot lachen. Ajax herrees uit de dood en kwam via een schitterende omhaal van Huntelaar in extremis langszij. Niemand in de ArenA had daar nog rekening mee gehouden. Ajax voetbalde vooral tegen zichzelf en mocht tegen de dapper strijdende Kerkradenaren eigenlijk nergens aanspraak op maken. Symptomatisch voor het het spel van de thuisploeg was het optreden van Maduro. De international, die er op dat moment al twee lichtzinnige momenten op had zitten, stootte zich ook voor de derde keer aan dezelfde steen. Ditmaal speelde hij te zacht terug op Stekelenburg. Oper profiteerde en leek de Limburgers naar de bekerfinale te schieten. Leek, want toen was er ineens die ene bevlieging van Huntelaar, die alles op zijn kop zette.

Roda, dat zich al in De Kuip waande, was zo aangeslagen door de mokerslag, dat het zich in de verlenging die volgde helemaal murw liet beuken. Invaller Babel maakte na vier minuten in de exrtra speeltijd al 2-1, waarna het verzet gebroken was. Via opnieuw Babel en Huntelaar werd het zelfs nog 4-1. Blind haalde daarmee zijn gelijk voor de wissels die hij toepaste. Hij bracht Charisteas en Babel en stond vanaf het laatste kwartier van de gewone speeltijd met vier spitsen in het veld. Het opportunisme loonde, al was het kantje boord.