dinsdag, 28. november 2006 - 10:46

Veel stress bij kinderen van een ouder met kanker

Groningen

Als bij één van hun ouders de diagnose kanker is gesteld, blijken kinderen in negenentwintig procent van de gevallen last te hebben van posttraumatische stress symptomen (PTSS). Hiervoor zouden zij professionele psychosociale hulp moeten krijgen. Dit blijkt uit onderzoek van Gea Huizinga van het Universitair Medisch Centrum Groningen. Zij promoveert op 13 december 2006 aan de Rijksuniversiteit Groningen.

Jaarlijks worden in Nederland ongeveer 9000 gezinnen met thuiswonende kinderen geconfronteerd met de diagnose kanker bij één van de ouders. In Nederland was nog geen onderzoek gedaan naar de psychosociale gevolgen voor kinderen als een ouder kanker krijgt. In haar onderzoek volgde Huizinga 406 gezinnen. Zij onderzocht of en in welke mate problemen voorkomen bij kinderen tussen de 11 en 23 jaar. Tevens onderzocht zij de invloed van uiteenlopende factoren als leeftijd, geslacht en persoonlijkheidskenmerken van kind en ouder, maar ook het psychosociaal functioneren van de ouder met kanker en hun partner, kankergerelateerde factoren, relatietevredenheid van de ouders en het functioneren van het gezin.

Uit het onderzoek van Huizinga blijkt dat kinderen de eerste vier maanden na de diagnose bij de ouder de meeste stressklachten hebben. Echter, ook één tot vijf jaar na de diagnose had 28 procent van de onderzochte kinderen klinisch verhoogde PTSS. Kinderen gaven aan ook meer andere emotionele en gedragsproblemen te hebben. Zij lijken hun problemen in de loop van de tijd steeds meer met lichamelijke klachten te uiten. De ouders observeren ook meer emotionele en gedragsproblemen bij kinderen met meer PTSS, maar in mindere mate dan deze adolescenten zelf.
Categorie:
Tag(s):