Dichtgemetseld Ajax verrast Dinamo

Ajax had maar één idee in het hoofd voordat het aan het duel met Dinamo Zagreb begon: overleven. Trainer Henk ten Cate startte niet voor niets met de verdedigend ingestelden George Ogararu, Gregory van der wiel, Jaap Stam, Thomas Vermaelen, Gabri, Johnny Heitinga en Hedwiges Maduro. Alleen Urby Emanuelson, Dennis Rommedahl en Klaas-Jan Huntelaar mochten voor de offensieve dadendrang zorgen.

De eerste helft verliep dan ook stroefjes. Dinamo Zagreb, gesteund door de bloedfanatieke harde kern genaamd Blue Boys, zocht naar openingen in de Ajax-defensie maar vond die niet. De Amsterdammers beperkten zich tot counteren en kwamen er via Huntelaar en Emanuelson zelfs een paar keer gevaarlijk uit.

Doelpunten leverden het aan beide kanten echter niet op. In de tweede helft kreeg Ajax steeds meer grip op de wedstrijd, omdat Dinamo zich geen raad wist met de verdedigende speelstijl van de hoofdstedelingen. In de 61ste minuut profiteerde Ajax zelfs ten volle van het groeiende overwicht. Huntelaar steekte de bal op de weggelopen Rommedahl - die bijna werd gevloerd, maar op de been bleef - en de Deen verschalkte oud- PSV doelman Georg Koch.

Dinamo probeerde het daarna nog wel, maar liep zich stuk op de goed gemetselde Amsterdamse muur. Het eigen publiek begon zelfs met fluiten op het moment dat de thuisploeg aan de bal was. Ajax kan zo freewheelend naar het einde van de wedstrijd koersen, waardoor de terechte overwinning nimmer in gevaar kwam.

Co Adriaanse was de laatste trainer die Ajax zo defensief het veld in durfde te sturen, maar net als dit keer Ten Cate was ook de andere Amsterdammer daarmee vaak succesvol. Alleen werd Adriaanse uiteindelijk mede om die verdedigende speelstijl ontslagen en mag Ten Cate - voorlopig - in het pluche blijven zitten.