Danny Koevermans kreeg tegen Luxemburg het vertrouwen van bondscoach Marco van Basten als centrumspits. Naast hem stond Ruud van Nistelrooy, maar beiden konden maar weinig uitrichten. Luxemburg leunde op de defensie en gaf Oranje weinig ruimte. Het gevaar van het Nederlands elftal kwam voornamelijk uit afstandsschoten. De scherpte ontbrak echter, waardoor de bezoekers overeind bleven. Pas twee minuten voor rust was doelman Jonathan Joubert voor de eerste keer geklopt. Wesley Sneijder bereikte met zijn voorzet Koevermans, die alert reageerde en binnentikte. Een echt spitsendoelpunt en een belangrijke.
Na rust bleef Van Nistelrooy in de kleedkamer achter en kwam Dirk Kuyt als vervanger binnen de lijnen. Het spel werd er zeker niet beter door. De 48.000 toeschouwers in De Kuip werden niet bepaald verwarmd door sprankelend voetbal. Oranje probeerde het wel, maar kwam maar niet door de hechte Luxemburgse defensie. Dat Wilfred Bouma na rust de gevaarlijkste speler aan de kant van de thuisploeg was, zegt genoeg. Met een schot met zijn linkervoet was hij gevaarlijk, maar Joubert wist redding te brengen. Zijn inzet met zijn mindere rechterbeen belandde op de buitenkant van de paal.
Koevermans kreeg nog de grootste kans op de 2-0, toen hij alleen op het doel van Luxemburg af mocht lopen. De spits speelde Joubert uit, maar was te ver naar de buitenkant gedreven, waardoor zijn inzet in het zijnet belandde. Luxemburg kreeg vlak voor tijd ook nog twee enorme kansen, maar gelukkig voor het Oranje-kamp hield Edwin van der Sar zijn doel schoon.
Na ruim negentig minuten floot Martin Hansson voor het laatst, waardoor het feest kon losbarsten.
