vrijdag, 4. mei 2007 - 9:17

Talkpoeder verlost longkankerpatiënt van kortademigheid

Talkpoeder kan veilig worden ingezet om mensen met tumoruitzaaiingen in de longvliezen te verlossen van vocht in de borstholte, en daarmee van ernstige kortademigheid. Voorwaarde is wel dat de poederdeeltjes niet te klein zijn, zo blijkt uit internationaal onderzoek. Volgens hoofdonderzoeker dr. J.P. Janssen, als longarts verbonden aan het Canisius-Wilhelmina Ziekenhuis in Nijmegen, zijn wereldwijd vele duizenden mensen met longkanker gebaat bij het gebruik van de goedkope en overal beschikbare stof. De onderzoeksresultaten van zijn team worden zaterdag 5 mei 2007 gepubliceerd in het gerenommeerde medische tijdschrift The Lancet.

Kwaadaardig vocht achter de longen wordt in de meeste gevallen veroorzaakt door longkanker, borstkanker of lymfklierkanker. In Nederland komen van deze typen kanker per jaar in totaal 22.500 nieuwe gevallen voor. Circa 4000 van deze patiënten ontwikkelen vocht in de borstholte, waardoor de longen worden samengedrukt. Draineren helpt maar even. Binnen enkele weken is de ernstig invaliderende kwaal terug.

Een alternatief leek voorhanden toen pleurodese werd ontdekt: een techniek waarbij men de longvliezen laat verkleven met de binnenkant van de borstkaswand. Daardoor is er geen ruimte meer voor vocht. Voor het gewenste effect werd toen al talkpoeder gebruikt, dat een geplande ontstekingsreactie veroorzaakt en zo voor een succesvolle verkleving zorgt. Al gauw werden echter in sommige landen (met name de Verenigde Staten) aan dit gebruik van talk ernstige complicaties toegeschreven, soms met dodelijke afloop. Uit Spaans proefdieronderzoek bleek vervolgens dat complicaties niet optraden wanneer er talkpoeder werd gebruikt met een relatief grote diameter van gemiddeld 25 µm (1 µm = 1 miljoenste meter).

Het huidige onderzoek toont onomstotelijk aan dat talk met de juiste deeltjesgrootte veilig bij mensen met tumoruitzaaiingen in de longvliezen kan worden gebruikt. Om tot die conclusie te komen, bundelden onderzoekers uit negen landen hun krachten. Zij behandelden en volgden 558 patiënten, verspreid over veertien ziekenhuizen in Nederland (CWZ Nijmegen), Frankrijk, Italië, België, Spanje, Duitsland, Griekenland, Zwitserland en Zuid Afrika.
Categorie:
Tag(s):