woensdag, 4. april 2007 - 11:55

Vaker lichamelijke klachten na meemaken ramp

Utrecht

Getroffenen van de Enschedese vuurwerkramp kampen met meer lichamelijke klachten dan gemiddeld. Zowel drie weken na de ramp, als anderhalf en vier jaar later is dit verschil zichtbaar. Het gaat om aspecifieke klachten zoals hoofdpijn, vermoeidheid, spierpijn of last van nek en schouders.

Psycholoog Bellis van den Berg komt tot deze conclusie in haar promotieonderzoek dat ze mede vanuit het UMC Utrecht bij het RIVM uitvoerde. Bellis van den Berg promoveert op 5 april aan de Universiteit Utrecht.

Het uitgangspunt van Van den Berg was de Gezondheids­monitoring Getroffenen Vuurwerkramp Enschede, daarbij zijn na de ramp ongeveer een derde van alle getroffen bewoners uit het rampgebied, 1550 mensen, ondervraagd via vragenlijsten.

Vrouwen, allochtonen en mensen met een lagere sociaal-economische status hebben iets meer kans op de klachten. De kwaliteit van leven is door de lichamelijke klachten duidelijk aangetast. Mensen met klachten gebruiken vaker pijnstillers en zitten vaker in de ziektewet. Mensen die voor de vuurwerkramp al psychische klachten hadden, zoals angst en depressie, hebben erna een grote kans op lichamelijke problemen. Uit analyse van huisartsgegevens blijkt echter dat de getroffenen slechts marginaal vaker bij de huisarts op bezoek komen. Uit het bloed- en urineonderzoek, dat bij alle ondervraagden vlak na de ramp uitgevoerd is, bleek dat de getroffenen niet waren blootgesteld aan schadelijke stoffen.

Naar aanleiding van haar resultaten pleit Van den Berg voor meer aandacht voor lichamelijke klachten bij rampenslachtoffers. Die worden volgens haar ondergewaardeerd ten opzichte van psychologische posttraumatische stress die slachtoffers ervaren en waar veel onderzoek na rampen op is gericht.

Op 13 mei 2000 ontplofte de Enschedese vuurwerkfabriek Fireworks SE. Door de explosie kwamen 23 mensen om en raakten 900 mensen gewond. Door de schade werden 1200 wijkbewoners tot verhuizing gedwongen.
Categorie:
Tag(s):