Winkels Venlo en Roermond profiteren van Duitsers

Dit blijkt uit onderzoek dat is uitgevoerd in opdracht van de gemeenten Heerlen, Maastricht, Roermond, Sittard-Geleen, Venlo, Venray en Weert, de Provincie Limburg en de Kamer van Koophandel Limburg i.o. De uitvoering lag in handen van BRO en Multiscope. Verdeeld over vijftien regio’s in Nederland, België en Duitsland hebben 7.500 consumenten per internet een vragenlijst ingevuld.

Waar de Nederlanders jaarlijks ca. € 345 miljoen besteden in België en Duitsland, vloeit er andersom ca. € 869 miljoen vanuit deze landen naar de Nederlandse winkelgebieden toe. Vooral vanuit Duitsland wordt een bestedingsoverschot geconstateerd. Hiervan profiteren de regio’s Venlo en Roermond het meest. Ook blijkt er een internationaal verschil te zijn in de keus voor een bepaald winkelgebeid. Waar Belgen en Nederlanders sfeer en gezelligheid belangrijk vinden, hechten Duitsers meer waarde aan het aantal winkels en de autobereikbaarheid.

Van de ondervraagde consumenten bezoekt 44% wel eens een koopzondag buiten de eigen regio. Met name bij Duitsers is dit populair (63%), met de regio Aken als grote uitschieter (71%). De verklaring is waarschijnlijk dat Duitsland zelf doorgaans (nog) geen koopzondagen kent. De belangrijkste reden om op koopzondag te winkelen, is dat het als een leuke besteding van de vrije zondag wordt gezien. Ook vindt men zondag een prettige dag om te winkelen en heeft men op de andere dagen geen tijd hiervoor. Consumenten die niet winkelen op koopzondag geven in meerderheid aan dat ze op die dag andere bezigheden hebben. De uitgaven die op koopzondag gedaan worden, zijn voor 34% van de consumenten extra uitgaven. Een eventuele uitbreiding van het aantal koopzondagen in Duitsland zou kunnen leiden tot een terugloop van het aantal Duitsers dat in Nederland koopzondagen bezoekt. Ze blijven dan vaker in eigen land. Het bezoekgedrag van Nederlanders zal naar verwachting niet veranderen; dat van Belgen afhankelijk van de woonafstand tot de Duitse winkelgebieden.