De rechter achtte bewezen dat vier minderjarige jongens, in leeftijd variërend tussen 15 en 17 jaar, en twee mannen van 20 en 21 jaar het in juni 2009 ingestelde samenscholingsverbod in het Utrechtse stadsdeel hebben overtreden. De overtreders werden op verschillende plaatsen in de wijk in de periode juni/juli opgepakt toen zij in een groep van vijf of meer personen bij elkaar stonden. Zij behoorden tot de groep die van de burgermeester een brief had gehad dat dat niet meer mocht.
De rechter oordeelde dat de veroordeelde jongens en mannen terecht een brief hadden gehad van de burgemeester. Zij behoorden tot een groep mensen die in het verleden regelmatig overlast hebben veroorzaakt. Het betrof voor de veroordeelden ‘vele tientallen meldingen en incidenten’, aldus de kantonrechter.
De rechter oordeelde daarnaast dat in deze zes zaken gezien de omstandigheden van het geval daadwerkelijk sprake was samenscholen. Omdat de overtreders ervoor gekozen hebben zich niet te houden aan de verordening zijn zij strafbaar.
Vier verdachten kregen daarom een boete van 200 euro. Twee verdachten overtraden het samenscholingsverbod twee keer. Zij kregen een boete van 400 euro.
Een zevende zaak werd aangehouden tot de zitting van 17 december.
