Europees Hof buigt zich over Maastrichts coffeeshopbeleid

In 2006 heeft burgemeester Gerd Leers van Maastricht de coffeeshop in zijn gemeente voor drie maanden gesloten, omdat er volgens de Algemeen Plaatselijke Verordening (APV) geen softdrugs mocht worden verkocht aan buitenlandse kopers (ingezetencriterium). Dit om de grote toeloop van coffeeshoptoeristen tegen te gaan. Bij controle werden tot twee keer toe toch buitenlanders in de zaak aangetroffen, waarop de gemeente besloot ‘Easy Going’ tijdelijk te sluiten. De eigenaar van de coffeeshop vocht de sluiting met gedeeld succes aan bij de rechtbank in Maastricht. Vervolgens gingen beide partijen in hoger beroep bij de Raad van State.

Nu wil de Raad van State uitleg van het Hof in Luxemburg over de bepalingen in het EG-Verdrag waarin beperkingen op het vrij verkeer van goederen en diensten zijn verboden indien daarvoor geen rechtvaardiging kan worden aangevoerd. Verder wil de Raad van State van het Hof in Luxemburg weten of het ingezetenencriterium een geschikt en proportioneel middel is om drugstoerisme en de daarmee gepaard gaande overlast terug te dringen.

Na de uitleg van het Hof in Luxemburg, zal de Raad van State zich uitspreken in het hoger beroep. Dit kan nog ongeveer anderhalf jaar duren.