vrijdag, 23. januari 2009 - 16:33

Patiënt met darmkanker vaak niet doorverwezen

Amsterdam

Patiënten met darmkanker en een mogelijke erfelijke aanleg voor darmkanker worden vaak niet doorverwezen naar een genetisch centrum voor verder onderzoek. Bij slechts 15,4% van de patiënten die doorverwezen moeten worden, gebeurt dit daadwerkelijk.

Darmkanker is een van de meest voorkomende vormen van kanker. Per jaar krijgen ongeveer 10.000 Nederlanders deze ziekte. Meestal pas na het vijftigste levensjaar. Dat meldt het Nederlands Tijdschrift voor Geneeskunde zaterdag 24 januari in een onderzoek naar de verwijzing van patiënten met darmkanker.

Het onderzoek werd uitgevoerd door chirurg drs. Ph.M. Kruyt, psycholoog dr. I.M. Rabeling-Keus en nurse practitioner P.M. Staal-Rosier. De onderzoekers zijn verbonden aan Ziekenhuis Gelderse Vallei in Ede. Van 154 patiënten werd het familieverleden onderzocht op de kans op erfelijke darmkanker.

“Ook het vroeg vaststellen van deze kanker leidt tot een hogere kans op genezing�, stellen de onderzoekers. Voor artsen is het moeilijk om erfelijke en niet-erfelijke darmkanker van elkaar te onderscheiden.

Volgens de onderzoekers kan genetisch onderzoek helpen bij het opsporen, genezen of zelfs voorkomen van de ziekte. “Als artsen een gestructureerde vragenlijst gebruiken zouden ze patiënten kunnen identificeren voor wie genetisch onderzoek nodig is.

Want een persoon met een aantoonbare erfelijke genafwijking heeft meer dan 25% kans om voor het 70e levensjaar darmkanker te krijgen. Screening van de familieleden kan het aantal mensen dat hieraan overlijdt, verminderen.

Familieleden van een patiënt met darmkanker kunnen zich bovendien laten onderzoeken of zij ook erfelijk zijn belast. Zo ja, dan kan er tijdig worden ingegrepen om te voorkomen dat de ziekte de kop opsteekt�, aldus Kruyt.
Categorie:
Tag(s):