15 jaar geëist voor opdracht moord echtgenoot

Haar man werd op 9 september 1999 doodgeschoten in de kelder van zijn electronicazaak aan de Benthuizerstraat in Rotterdam. Al in 2000 werd de vrouw aangehouden voor de moord, maar de vervolging werd destijds niet doorgezet omdat er onvoldoende bewijs was. Wél werd de vrouw vervolgd en veroordeeld voor een mislukte poging de moord uit te lokken.

In 2004 verhuisde de vrouw naar Costa Rica, een land dat ze doelbewust had uitgekozen omdat Nederland er geen uitleveringsverdrag mee had, aldus de officier. Ze vestigde zich daar met haar nieuwe echtgenoot.

Die vertelde in 2006, nadat het huwelijk was stukgelopen, in een brief aan de Rotterdamse rechtbank, en voor de camera’s van Peter R. de Vries, dat de vrouw achter de moord in 1999 zat. Onder andere op basis van die verklaring werd het onderzoek heropend.

Costa Rica werd alsnog om uitlevering van de vrouw gevraagd. Dat verzoek werd eind 2008 ook weer ingetrokken omdat de vrouw volgens Costa-Ricaans recht niet voor de mislukte poging kon worden uitgeleverd. Wél kon haar toen een dagvaarding voor de behandeling van de nieuwe zaak in Nederland worden uitgereikt. Begin 2009 kwam de vrouw zelf naar Nederland en sindsdien zit zij in voorlopige hechtenis.

Volgens de officier had de vrouw als motief voor de moord de erfenis. De vermoorde man bleek miljoenen guldens op een Luxemburgse bank te hebben staan. Bij de behandeling van de zaak kondigde de officier dan ook een ontneming aan.

De rechtbank doet waarschijnlijk op 30 juli uitspraak in de zaak.