vrijdag, 5. november 2010 - 20:22

Vrijspraak krijgt meer voorlopig karakter

Den Haag

Het kabinet wil in meer gevallen een onherroepelijk vrijgesproken verdachte voor hetzelfde delict alsnog kunnen vervolgen, wanneer nieuw zeer belastend bewijs opduikt. Dit blijkt uit een nota van wijziging van minister Opstelten van Veiligheid en Justitie waarmee de ministerraad vrijdag heeft ingestemd.

Met terugwerkende kracht
Niet alleen bij misdrijven waar levenslange gevangenisstraf op staat en die de dood van een ander tot gevolg hebben, maar ook bij doodslag en bij gewelds- en zedenzaken met dodelijke afloop. Daarnaast wil het kabinet met terugwerkende kracht strafzaken na vrijspraak kunnen herzien. Het besluit vloeit voort uit het regeerakkoord.

De voorgestelde verruiming is noodzakelijk om de samenleving tegen daders van ernstige misdrijven beter te kunnen beschermen. Zware gewelds- en zedendelicten kunnen slachtoffers en nabestaanden onherstelbaar traumatiseren. Zulke misdaden raken ook het vertrouwen in de rechtsorde en de veiligheidsbeleving van de burger.

’Cold case’
Het is moeilijk te aanvaarden dat er na vrijspraak voor een dergelijk misdrijf geen straf zou kunnen volgen, wanneer naderhand door technisch onderzoek nieuw zeer sterk bewijs is gevonden, bijvoorbeeld DNA-onderzoek in een zogenoemde ‘cold case’.

De beslissing van het kabinet wijzigt een reeds bij de Tweede Kamer ingediend wetsvoorstel dat herziening ten nadele regelt en dat van toepassing is op onder meer moord en brandstichting waarbij dodelijke slachtoffers zijn gevallen.

Daar komen nu op voorstel van het kabinet doodslag en gewelds- en zedenzaken met een dodelijke afloop bij. Bijvoorbeeld mishandeling waarbij het slachtoffer later aan de gevolgen overlijdt, of - in zedenzaken - verkrachting of mensenhandel met dodelijke afloop.

Het voornemen om de herziening ten nadele met terugwerkende kracht mogelijk te maken, berust eveneens op de overweging dat bij ernstige misdrijven het belang van de samenleving zwaarder kan wegen dan dat van de vrijgesproken verdachte.

Het gaat om vrijspraken die vóór de datum van de inwerkingtreding van het wetsvoorstel onherroepelijk zijn geworden. Strafbare feiten die al zijn verjaard, vormen een uitzondering. Herziening ten nadele is in dat geval niet mogelijk.

Het wetsvoorstel herziening ten nadele is onderdeel van een algehele wijziging van de bestaande herzieningsregeling in strafzaken, die wordt beschouwd als de noodremprocedure in het Nederlands strafrecht. Dit buitengewone rechtsmiddel maakt het in uitzonderlijke gevallen mogelijk om afgesloten strafzaken te heropenen.

De aanpassing van de herzieningsregeling is mede het gevolg van ontwikkelingen in de forensische technologie die een ander licht kunnen werpen op het bewijs in een afgesloten strafzaak.
Provincie:
Tag(s):