Door de detailhandel verkochte artikelen waren 2,5 procent duurder dan een jaar eerder. De samenstelling van de koopdagen was in april 2011 iets gunstiger dan in april 2010. Het positieve effect hiervan op de omzetontwikkeling wordt geraamd op ongeveer een half procent.
De omzet van winkels in voedings- en genotmiddelen nam met bijna 5 procent toe. Dit kwam volledig door de supermarkten. De omzet van de speciaalzaken in deze branche was vrijwel gelijk aan die een jaar eerder.
De omzet van de winkels in de non-foodsector was 1,5 procent hoger dan in april 2010. Binnen deze sector was het beeld erg wisselend. Winkels in huishoudelijke artikelen, drogisten en kledingzaken behaalden ruimschoots meer omzet. De omzet van doe-het-zelfzaken nam ook toe, maar licht. Textielsupermarkten, woninginrichters en winkels in consumentenelektronica deden minder goede zaken. Hun omzet was lager dan een jaar eerder.
Behalve winkels maken ook tankstations, postorder- en internetbedrijven deel uit van de detailhandel. Tankstations boekten 7 procent meer omzet. De brandstofprijzen waren echter 11 procent hoger dan een jaar eerder. Bij de postorder- en internetbedrijven was de omzetgroei 2 procent.
