maandag, 21. november 2011 - 11:02

Norovirus slaat toe in Limburgse zorgsector

Maastricht

Het Norovirus heeft flink toegeslagen in de Limburgse zorgsector.

Het besmettelijke virus heeft in onder meer het Academisch Ziekenhuis van Maastricht, revalidatiekliniek Adelante in Hoensbroek, een verpleeghuis en een basisschool voor tientallen ernstig zieken gezorgd. Dit meldt de Telegraaf maandag.

De krant spreekt inmiddels over een griepepidemie. Op zeker één afdeling van het Maastrichtse ziekenhuis heeft het gevaarlijke griepvirus flink om zich heen gegrepen. Het ziekenhuis meldt inmiddels zeven patiënten die door het virus zijn getroffen. Volgens een woordvoerder van het ziekenhuis is geen sprake is van verspreiding van het virus van de ene naar de andere afdeling. Het noro-virus lijkt onder controle, omdat er geen nieuwe patiënten bijkomen. Wel is er een preventieve opnamestop op de getroffen afdeling.

Bij revalidatie-instelling Adelante zijn sinds afgelopen week dertig mensen ziek geworden. De getroffen patiënten liggen in quarantaine. In alle gevallen heeft men strengere hygiënische maatregelen genomen om verspreiding van het virus zoveel mogelijk tegen te gaan.

Het Norovirus
Norovirus is een groep van virussen die belangrijke verwekkers van diarree zijn. Vaak plotseling begin van misselijkheid, braken, hoofdpijn, buikpijn, diarree, maagkrampen, spierpijn, malaise en milde koorts zijn de meest voorkomende klinische symptomen.

Er bestaat geen geneesmiddel tegen deze buikgriep. De symptomen gaan in de meeste gevallen vanzelf over na één tot vier dagen. Het is belangrijk dat de zieke voldoende vocht, suikers en zouten binnen krijgt om uitdroging te voorkomen (wegens de diarree).

Als de zieke het kan verdragen kunnen kleine hoeveelheden licht voedsel worden gegeten. Alcohol en koolzuurhoudende dranken moeten worden vermeden. Bij twijfel aangaande het herstel, dient de huisarts te worden geraadpleegd. Bij uitdrogingsverschijnselen kan opname noodzakelijk zijn om vocht via een infuus toe te kunnen dienen.
Provincie:
Tag(s):