OM eist 6 jaar cel voor betrokkenheid bij moord in de Biesbosch

Het OM is van mening dat verdachte zich schuldig heeft gemaakt aan het behulpzaam zijn aan de moord op Tinka van Rooy. De advocaat-generaal (OM) rekent het verdachte zwaar aan dat zij al een week voor de daadwerkelijke levensberoving kennis droeg van de plannen van de moord. Hij verwijt haar dat zij in die wetenschap haar woning beschikbaar heeft gehouden aan de daders van de moord voor het houden van gesprekken over het voorbereiden van de moord.

Haar handelingen bestonden voorts uit het pakken van een kaart van De Biesbosch, waar het lichaam van het slachtoffer zou moeten worden gedumpt, het programmeren van telefoons die tijdens de uitvoering van de moord zouden kunnen worden gebruikt en het zijn van contactpersoon op de avond van de moord. Na de moord verzon de verdachte een alibi voor zichzelf en voor de daders van de moord en maakte zij de auto van één van de daders schoon.

De zaak kent een lange voorgeschiedenis. Verdachte werd in eerste aanleg door de rechtbank Breda vrijgesproken. Het Bossche Hof kwam in hoger beroep tot hetzelfde oordeel. Het OM stelde met succes beroep in cassatie in en de zaak werd verwezen naar het Hof Arnhem. Dit hof legde haar 6 jaar cel op voor het medeplegen van de moord.

Verdachte vocht deze uitspraak aan. Met succes. De Hoge Raad vond de motivering van de bewezenverklaring gebrekkig en verwees de zaak naar het Hof Den Haag. Daar wordt de zaak nu voor de derde keer in hoger beroep behandeld.

De drie daders van de moord zijn eerder veroordeeld tot respectievelijk 18, 15 en 12 jaar cel. Deze zaken zijn onherroepelijk. Uitspraak (naar verwachting) op 18 juli 2011.