donderdag, 22. november 2012 - 15:55

Fors lagere ontneming in drugshandelzaak

Eindhoven

Een 49—jarige Eindhovenaar moet aan de Staat ruim twee ton betalen vanwege wederrechtelijk verkregen voordeel uit grootschalige handel in xtc-tabletten. Dat heeft het gerechtshof ’s-Hertogenbosch vandaag in hoger beroep bepaald in de ontnemingszaak. Het bedrag dat het hof heeft toegewezen is fors lager dan de ruim 1,5 miljoen die het Openbaar Ministerie vorderde.

Op 2 februari 2006 heeft het gerechtshof in ’s-Hertogenbosch de Eindhovenaar veroordeeld tot een gevangenisstraf van elf jaar en acht maanden voor onder andere grootschalige drughandel. Met het plegen van deze stafbare feiten ‘verdiende’ de man volgens het OM een totaalbedrag van ruim anderhalf miljoen euro. Het ging daarbij om een voordeel van 711.527 euro verkregen uit de onderschepte zendingen xtc naar Duitsland. Daarnaast was er volgens het OM sprake van een verstrekte lening van 453.780 euro en ten slotte een bedrag van 340.355 euro van niet uit legale middelen te verklaren uitgaven voor onroerend goed in Baarle-Nassau.

Beslissing
Het hof acht slechts aannemelijk dat de man een bedrag van 211.000 euro aan wederrechtelijk verkregen voordeel heeft genoten. In verband met een overschrijding van de redelijke termijn verlaagt het hof het bedrag tot 206.000 euro.

De rechtbank wees op 21 september 2007 de vordering van anderhalf miljoen euro toe en veroordeelde de Eindhovenaar tot het betalen van ditzelfde bedrag aan de Staat.
Provincie:
Tag(s):