Gezin Oost-Souburg onschuldig in explosiezaak Ritthem

Op 23 september 2011 is op het strand van Ritthem een caisson door middel van explosieven opgeblazen. Direct daarna is de politie een opsporingsonderzoek gestart. De politie heeft op 6 oktober 2011 in opdracht van de officier van justitie een 20-jarige man uit Oost-Souburg en zijn beide ouders aangehouden op verdenking van betrokkenheid bij deze ontploffing. De man heeft zeven weken vastgezeten, de ouders één week. De man en zijn ouders hebben steeds ontkend bij de ontploffing betrokken te zijn geweest.

Na hun vrijlating is het onderzoek voortgezet. Dat heeft op 24 januari 2012 geleid tot de aanhouding van twee nieuwe verdachten. Op 7 februari heeft de rechtbank te Middelburg de gevangenhouding van deze twee nieuwe verdachten bevolen voor de duur van negentig dagen.

Het Openbaar Ministerie heeft op basis van de onderzoeksresultaten tot op heden, de conclusie getrokken dat de inwoners van Oost-Souburg op geen enkele wijze betrokken zijn geweest bij de ontploffing van de caisson. Er was weliswaar ten tijde van de aanhouding voldoende verdenking jegens hen en er was ook steeds voldoende grond om ze vast te houden, maar achteraf en met de kennis van nu moet worden vastgesteld dat zij in oktober ten onrechte als verdachten zijn aangemerkt en aangehouden. Het OM realiseert zich ten volle dat het gezin daardoor ten onrechte in een kwaad daglicht is gesteld.

Het OM heeft vandaag in een persoonlijk gesprek met de man en zijn ouders de gang van zaken uitgelegd en daarvoor verontschuldigingen aangeboden. Aan hen is toegezegd dat met hen een regeling zal worden getroffen voor de vergoeding van de schade die zij hierdoor hebben geleden.