donderdag, 27. september 2012 - 10:26

Vrijspraak in zaak overleden peuter Utrecht

Utrecht

De moeder van een in maart 2011 in Utrecht door mishandeling overleden peuter en de ex-vriend van de vrouw zijn donderdag door de rechtbank Utrecht vrijgesproken van betrokkenheid bij de dood van het jongetje.

Ondanks uitgebreid onderzoek kon niet worden bewezen dat één van de twee verdachten het dodelijk letsel heeft toegebracht. Ook was er geen bewijs voor de verdenking dat beide verdachten gezamenlijk verantwoordelijk zijn. De rechtbank sprak van een “uitermate onbevredigende uitkomst.’’


Geweld
De peuter overleed in maart 2011 in het ziekenhuis in Utrecht. Vast is komen te staan dat hij overleden is door heftig op de buik uitgeoefend geweld, toegebracht door menselijk handelen. Wanneer het dodelijk letsel precies is toegebracht, is niet duidelijk geworden. Dit moet ergens tussen de dinsdag en zaterdag voorafgaand aan het overlijden van de jongen op 27 maart 2011 zijn gebeurd.

De rechtbank concludeerde dat ondanks zeer uitgebreid onderzoek niet duidelijk is geworden wat zich precies heeft afgespeeld in de periode voor het overlijden van het slachtoffertje. Eén van de twee verdachten kan alleen verantwoordelijk zijn voor de dodelijke mishandeling, maar de moeder en haar ex-vriend kunnen er ook samen verantwoordelijk voor zijn. Ook is betrokkenheid van een derde persoon, die enige tijd in huis verbleef - maar op dit moment onvindbaar is - niet uit te sluiten.

Getuigen
De verdachten zelf zeggen het kind niet mishandeld te hebben. Tijdens het onderzoek zijn er ook veel getuigenverklaringen afgelegd, die zowel in de richting van moeder als ex-vriend wijzen. De ex-vriend zou in de gevangenis bekend hebben dat hij het kind had gestompt. Ook zou de moeder een keer gezegd hebben dat zij het kind had vermoord. Geen van die getuigenverklaringen is volgens de rechtbank echter voldoende betrouwbaar om als bewijsmiddel te kunnen dienen.

Vrijspraak
Beide verdachten werden daarom vrijgesproken van moord, doodslag of het toebrengen van zwaar lichamelijk letsel, dood tot gevolg hebbend.

Nabestaanden
De rechtbank realiseert zich terdege dat dit vonnis in de samenleving en bij de nabestaanden in het bijzonder, gevoelens van onrechtvaardigheid, verontwaardiging en onbegrip kan en zal oproepen. De vraag wie (mede)verantwoordelijk is of zijn voor de dood van het jongetje blijft immers onbeantwoord en de dader of daders worden niet bestraft.

Ook de rechtbank vindt dit een uitermate onbevredigende uitkomst. De gewelddadige dood van een klein en jong kind is een afschuwelijk feit dat vraagt om opheldering. Volgens de rechtbank is het aannemelijk dat de schuldige uit een kring van slechts drie personen afkomstig moet zijn: de moeder, haar ex-vriend of de derde persoon die in huis heeft verbleven ,,Het is moeilijk te geloven dat niet minimaal één van hen de ware toedracht zou kennen’’, aldus de rechtbank.

Eén of beide verdachten veroordelen was volgens de rechtbank geen optie. Daarmee zou de kans bestaan dat een onschuldig persoon wordt veroordeeld Dit achtte de rechtbank ,,de rechtstaat en het rechtssysteem onwaardig.’’

Veroordeling
Beide verdachten werden wel veroordeeld voor mishandeling van het kind in de periode voorafgaand aan zijn overlijden. De rechtbank veroordeelde beide verdachten daarom tot zes maanden gevangenisstraf.
Provincie:
Tag(s):