donderdag, 18. april 2013 - 17:20 Update: 03-07-2014 0:59

Helft van de mensen heeft overgevoelige hersenen

Foto van hersenen
Nijmegen

Emoties reguleren, hoe doen onze hersenen dat? Twee promoties en een symposium aan de Radboud Universiteit gaan eind deze maand hierover. De promotieonderzoeken maken duidelijk: niet ieders hersenen zijn even goed in het onder controle houden van emotionele impulsen. Bij de helft van de 'gewone mensen' gaat dat al minder goed. En het brein van mensen met een sociale angststoornis maakt er helemaal een potje van.

Neurowetenschapper Inge Volman promoveert op onderzoek naar de hersenprocessen die betrokken zijn bij het controleren of sturen van emotionele neigingen. Direct gevolg geven aan elke emotionele impuls is niet handig. Welke hersennetwerken zijn belangrijk voor het onder controle houden van die impulsen en zijn er genen, hormonen of andere factoren die daarop van invloed zijn? Twee gebieden in de hersenen spelen een belangrijke rol: de anterieure prefrontale cortex (aPFC) en de amygdala. De amygdala wordt extra actief bij emotionele reacties, de aPFC reguleert het automatische gedrag. Eerder publiceerde Volman hier al over (in Current Biology, oktober 2011): ze liet toen zien dat de impulscontrole een stuk slechter werd als de aPFC tijdelijk werd lamgelegd door magnetische stimulatie (TMS).
Ook toonde ze de invloed van testosteron aan (in Cerebral Cortex, februari 2011):mannen met een hoog testosteronniveau hebben een minder actieve aPFC en ook verloopt de communicatie tussen amygdala en aPFC minder goed. Het lijkt er daarmee op dat hoe hoger het testosteronniveau is, des te slechter de controle over de emotionele impulsen.

Veelvoorkomende genvariant
Een nieuwe bevinding van Volman is dat een genetische variant die bij ongeveer de helft van de mensen voorkomt ook van invloed is. Het gaat om een variant die ertoe leidt dat het serotoninetransportergen minder proteïnen aanmaakt, waardoor het serotoninetransport in de hersenen anders verloopt dan bij mensen zonder deze variant. Bij mensen met deze variant is een hogere amygdala-activiteit te zien bij emoties en juist minder regulatie van de aPFC. Hun hersenen hebben dus een minder goed werkend 'emotiecontrolemechanisme' dan mensen zonder deze genvariant.

Categorie:
Tag(s):