Levens ouders van slachtoffers Robert M. totaal verwoest

Uit de getuigenissen van deze ouders bleek dat de daden van Robert M. hun gezin en soms hun leven hebben verwoest. De ouders die betrokken zijn bij deze Amsterdamse zedenzaak hebben daarom aangegeven dat zij ook aangemerkt willen worden als slachtoffer. De ouders spraken over hun onmacht en hun nachtmerries. Maar ook over het stuklopen van huwelijken en vriendschappen. Er zijn gevoelens van woede, angst en pijn. Ouders zijn uitgeput en kampen met schuldgevoelens. Ze kunnen het zichzelf niet vergeven dat ze hun kind aan Robert M. hebben toevertrouwd. Het gevolg is dat ze nu soms zó beschermend zijn dat ze hun kind nergens durven achter te laten. Maar dan wordt werken onmogelijk en daarom zijn al veel carrières in het slop geraakt. Om herinneringen te vermijden zijn een aantal ouders verhuisd en veel ouders zijn in therapie. Uit alles blijkt dat deze ouders, net als hun kinderen, ook slachtoffer zijn, maar juridisch zijn ze dat nog niet. Er is een wet in de maak om ook ouders de status van slachtoffer te geven, maar dit hoger beroep komt wat dat betreft te vroeg. Daarom heeft de advocaat van de meeste ouderparen, Richard Korver, vrijdag opnieuw het hof gevraagd om de ouders in deze zaak wél als slachtoffers te erkennen. Dat helpt hen niet alleen bij de verwerking, maar heeft ook gevolgen voor de schadevergoeding. De advocaat heeft hoge vergoedingen gevraagd voor immateriële en voor materiële schade. Zo zijn er ouders die hun bankstel willen laten vergoeden. Ze hebben dat vervangen omdat het misbruik daarop heeft plaatsgevonden. Maar er liggen ook schadeclaims voor de verhuizingen en voor gederfd loon, omdat de ouders niet meer konden werken. Het hof houdt er rekening mee dat het al op 25 april uitspraak kan doen in de zaak. Oorspronkelijk was de uitspraak voorzien voor 2 mei.