zaterdag, 15. juni 2013 - 22:36 Update: 03-07-2014 0:56

Meer mensen bezoeken SOA-poliklinieken

foto van condoom | fbf
Foto: fbf
Bilthoven

In 2012 is het aantal consulten bij SOA-poliklinieken in Nederland toegenomen met 7% ten opzichte van het vorige jaar. Dat blijkt uit cijfers van het RIVM.

Tussen 2010 en 2011 melden huisartsen 14% toename van het aantal SOA-diagnoses. De stijging van het aantal mensen met een SOA wordt voornamelijk veroorzaakt door een toename van chlamydia in jonge heteroseksuelen en een toename van gonorroe bij jonge heteroseksuelen en mannen met homoseksuele contacten. Het aantal nieuwe HIV-infecties binnen de groep mannen met homoseksuele contacten is afgenomen in 2012 en bleef stabiel onder heteroseksuelen.

Gonorroe resistent tegen antibiotica

Het aantal nieuwe patiënten met gonorroe nam toe in 2012, en het grootste deel van de nieuwe infecties (57%) werd gezien bij mannen met homoseksuele contacten. Deze aantallen zijn erg belangrijk gezien de wereldwijde verspreiding van resistente stammen van de gonorroe-bacterie. In Europa zijn inmiddels meldingen dat een aantal van deze stammen zijn inmiddels resistent tegen de derde generatie cefalosporines. Ook bij de huisartsen was een toename te zien in het aantal gonorroe diagnoses in 2011 ten opzichte van 2010. Deze toename was vooral te zien bij vrouwen.

Daling HIV-patiënten

Bij de SOA-poliklinieken werd in totaal 358 nieuwe HIV-infecties gezien. Onder mannen met homoseksuele contacten was er een lichte daling in het aantal nieuwe diagnoses, onder heteroseksuelen bleef het stabiel. De gegevens van de Stichting HIV-monitoring laten in 2011 een toename zien in het aandeel van mensen van 50 jaar en ouder onder het totaal aantal HIV-geïnfecteerden.
De HIV-besmettingen worden steeds eerder opgespoord. In 2000 werd in 60% van de patiënten HIV vastgesteld terwijl de ziekte al in een verder gevorderd stadium was. Dat is in 2012 afgenomen tot 43%. Deze aantallen waren lager onder mannen met homoseksuele contacten (34%) in vergelijking met heteroseksuelen (58%).