maandag, 16. september 2013 - 15:25 Update: 03-07-2014 0:52

Pensioen-akkoord bereikt in overheids- en onderwijssector

Foto van appeltje voor de dorst pensioen | Archief EHF
Foto: Archief EHF
Den Haag

Vandaag is in de Pensioenkamer een akkoord bereikt tussen de overheids- en onderwijswerkgevers, verenigd in het Verband Sectorwerkgevers Overheid (VSO) en de vakbonden.

Na constructief overleg met de bonden is afgesproken dat de verhoging van de pensioenleeftijd al in 2014 zal leiden tot lagere premies. De premieverlaging leidt tot een koopkrachtverbetering van circa twee procent voor de werknemers.

Na een periode van constructief overleg is een ABP- pensioenakkoord bereikt tussen overheids- en onderwijswerkgevers verenigd in het Verbond Sectorwerkgevers Overheid en vakbonden verenigd in de Samenwerkende Centrales voor Overheidspersoneel. Dit onderhandelaarsakkoord in de Pensioenkamer wordt voorgelegd  aan de achterbannen. Pas daarna kunnen de afspraken definitief worden gemaakt.

De overeengekomen wijzigingen gaan vanaf volgend jaar in. Ze gelden voor al het personeel bij de overheids- en onderwijssectoren. Ze gelden niet voor militairen, die een andere pensioenregeling hebben.

De wijzigingen houden verband met de nieuwe belastingregels voor pensioenen in Nederland. Deze gaan vanaf 1 januari 2014 in. In verband daarmee, gaat vanaf 2014 de pensioenrichtleeftijd naar 67 jaar en wordt de jaarlijkse pensioenopbouw verlaagd, van 2,05% naar 1,95% van het inkomen (de "pensioengrondslag") per jaar. 

Dit leidt tot lagere pensioenaanspraken. De verlaging houdt verband met het feit dat mensen langer leven, en daardoor ook langer kunnen werken. Het sluit daarmee aan op de AOW leeftijd, die ook is verhoogd naar 67 jaar. Reeds opgebouwd pensioen wordt door deze afspraken niet aangetast.

Doordat de pensioenaanspraken vanaf volgend jaar verminderen, kunnen de pensioenpremies omlaag: van nu nog  25, 4 % naar 21, 6 % volgend jaar. Daardoor kunnen werknemers worden gecompenseerd voor de versobering van de pensioenaanspraken. Het effect van de maatregelen is een netto koopkrachtverbetering voor de werknemers in 2014 van circa 2 %.