In de visie van het OM is voldoende bewijs in het dossier aanwezig dat de verdachte tijdens de voetbalwedstrijd met hoge snelheid op het slachtoffer is afgerend en hem, juist toen de bal al gespeeld was, vervolgens met geschoeide voet en met gestrekt been tegen het onderbeen schopte. Hierdoor bekwam het slachtoffer zwaar letsel met een genezingsduur van vijf maanden.
Het OM vindt dat de geëiste straf recht doet aan de ernst van het feit. "In de visie van het OM heeft verdachte zich willens en wetens blootgesteld aan de aanmerkelijke kans dat hij niet de bal, maar het slachtoffer zou raken en dat hij daarbij zwaar lichamelijk letsel zou veroorzaken. Naar algemene ervaringsregels, die ook bij verdachte bekend moeten zijn (niet voor niets is inkomen met een gestrekt been als gevaarlijk spel betiteld in de voetbalspelregels), is het mogelijk en zelfs waarschijnlijk dat door het met hoge snelheid inkomen met een gestrekt been en geschoeide voet zwaar lichamelijk letsel bij de ander kan veroorzaken. Die kans bestond dus en die kans heeft verdachte voor lief genomen. Tekenend is de opmerking van verdachte kort na het gebeuren waarin hij zelf zegt: ik was te laat.
Hieruit maakt het OM op dat hij zich wel degelijk realiseerde dat hij een risico nam door toch de sliding in te zetten. De geëiste straf is passend en geboden", aldus de advocaat-generaal op de zitting. De politierechter sprak verdachte vrij.
De politierechter oordeelde dat sprake was van een sliding gemaakt in een spelsituatie met de bedoeling de bal te raken en dat er geen sprake was van (voorwaardelijk) opzet. Het OM was het hier niet mee eens en stelde hoger beroep in. Uitspraak (naar verwachting) over twee weken.