Het is de bedoeling dat de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State in november van dit jaar een uitspraak doet.
Uitspraak van de rechtbank
Op 3 juli sprak de rechtbank in Amsterdam zich uit over de evenementenvergunning die de burgemeester van Amsterdam verleende voor de intocht van Sinterklaas in 2013. Twintig mensen kwamen hiertegen in beroep. Zij vinden dat het evenement de figuur van Zwarte Piet bevat die fundamentele vrijheden aantast en teniet doet. De rechtbank gaf de bezwaarmakers gelijk en oordeelde dat de burgemeester bij de verlening van de vergunning voor de intocht niet alle belangen heeft afgewogen. De figuur van Zwarte Piet vormt naar het oordeel van de rechtbank een negatieve stereotypering van de zwarte mens en de intocht maakt een inbreuk op het privéleven van zwarte mensen. De bescherming van dat privéleven is een belang dat de burgemeester had moeten meewegen toen hij de vergunning voor de intocht gaf, aldus de rechtbank.
Hoger beroep
De burgemeester van Amsterdam stelde vorige week hoger beroep in tegen de uitspraak van de rechtbank bij de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State, de hoogste algemene bestuursrechter van het land. Naast de burgemeester diende onder andere ook het Pietengilde een hogerberoepschrift in. Het Pietengilde is een stichting die zich volgens haar statuten onder meer ten doel stelt "het behouden en de promotie van het ‘Sinterklaasfeest’ en in het bijzonder de figuur ‘Zwarte Piet’." Zij vertegenwoordigt naar eigen zeggen honderden Zwarte Pieten.