donderdag, 7. mei 2015 - 14:53 Update: 07-05-2015 19:24

Rechters vinden wetsvoorstel anti-terrorismemaatregelen onduidelijk

Wetsvoorstel bestuurlijke anti-terrorismemaatregelen onduidelijk
Foto: Archief EHF
Den Haag

Het wetsvoorstel dat bestuurlijke anti-terrorismemaatregelen in het leven roept is onduidelijk. Daarnaast kunnen de maatregelen onder bepaalde omstandigheden soms zo ingrijpend zijn dat ze naast een preventief ook een straffend karakter kunnen krijgen. Dit schrijft de Raad voor de rechtspraak in een advies over het wetsvoorstel Tijdelijke wet bestuurlijke maatregelen terrorismebestrijding.

Ook vindt de Raad het zeer ongewenst dat het de bedoeling lijkt bijzonder ingrijpende maatregelen op te kunnen leggen zonder eerst de betrokkene te horen.

Doel

Het wetsvoorstel is bedoeld om de nationale veiligheid te beschermen en te verhinderen dat personen deelnemen of (financiële) ondersteuning bieden aan terroristische activiteiten. Hiervoor worden het opleggen van vrijheidsbeperkende maatregelen en het intrekken van subsidies, vergunningen, ontheffingen en erkenningen aangedragen als instrument.

Zeer vaag

Volgens het wetsvoorstel kan een vrijheidsbeperkende maatregel alleen worden opgelegd als iemand ‘op grond van zijn gedragingen’ in verband kan worden gebracht met (ondersteuning van) terrorisme. Maar de definitie van deze gedragingen ontbreekt. Het criterium is daarom zeer vaag en biedt de rechter te weinig houvast. Daarnaast moet volgens de MvT ‘redelijkerwijs vaststaan’ dat de betrokkene deze gedragingen heeft verricht. Wat hier juridisch precies onder wordt verstaan is niet duidelijk.