In alle vrede rusten het goedkoopst in Schinnen en Beesel

Coöperatie DELA vergeleek de meest recente tarieven van het begraven van 706 gemeentelijke begraafplaatsen in 401 gemeenten. In deze vergelijking is uitgegaan van het meest voorkomende graf voor de duur van 20 jaar. Hieruit blijkt dat het tariefsverschil tussen de goedkoopste en duurste gemeentelijke begraafplaats is opgelopen naar bijna 6.700 euro. Dit verschil is daarmee ruim 700 euro groter dan vorig jaar. Nabestaanden moeten de gemeentelijke tarieven voor het begraven in één keer vooruit betalen. [b]Aantal flinke stijgers in Limburg[/b] In de provincie Limburg verhoogden de gemeenten Sittard-Geleen, Horst aan de Maas en Gulpen-Wittem hun tarieven allen met meer dan 10%. De duurste gemeente blijft Heerlen, die vorig jaar haar tarieven reeds fors verhoogde. Dit jaar verhoogt de gemeente het tarief niet en blijft het tarief 3.118 euro. Voor dat bedrag biedt de gemeente Schinnen bijna vijf graven aan (653 euro). Andere dure gemeenten zijn Peel en Maas, Maastricht en Gennep, allen met tarieven boven de 2.500 euro. De top-10 duurste gemeenten kent een opvallende daler: de gemeente Voerendaal verlaagde haar tarief met bijna 16%. Opvallend is ook dat de goedkoopste gemeenten Schinnen en Beesel (700,50 euro) hun tarieven niet aanpasten. Beide gemeenten behoren tot de goedkoopste gemeentelijke begraafplaatsen van Nederland. Gelukkig ziet DELA ook vele voorbeelden van gemeenten die de tarieven van haar betaalbare begraafplaatsen niet of nauwelijks verhogen. Gemeenten, zoals Veenendaal en Hellevoetsluis, die inzien dat een begraafplaats meer is dan een bezoek aan een verwante persoon. DELA hoopt dat de goede voorbeelden inspirerend zijn.