woensdag, 26. oktober 2016 - 23:03 Update: 27-10-2016 15:36

WNF: Drastische afname wilde dieren

WNF:mens verantwoordelijk voor drastische afname wilde dieren
Foto: Archief EHF/ foto ter illustratie
Amsterdam

De elfde editie van het Living Planet Report van het Wereld Natuur Fonds (WNF) laat zien dat de mens de allesbepalende factor op aarde is geworden. 'Door grootschalig verlies van natuur zijn wilde dierenpopulaties op aarde vanaf 1970 gemiddeld met 58 procent geslonken', meldt het WNF woensdag.

Menselijke activiteiten

'De drastische afname is een direct gevolg van menselijke activiteiten. Maar daardoor ligt de oplossing ook binnen handbereik. Ingrijpende keuzes voor een duurzame landbouw die de natuur niet langer schaadt, het consumeren van duurzaam voedsel, en de overstap naar groene energie kunnen het tij keren', aldus het WNF.

Als het wereldwijde natuurverlies in het huidige tempo doorgaat kan de omvang van populaties zoogdieren, vogels, vissen, reptielen en amfibieën in 2020 met gemiddeld 67 procent zijn afgenomen.

Schrikbarend tempo

'De afname van wilde dieren gaat in een schrikbarend hoog tempo', zegt Kirsten Schuijt, directeur van WNF. 'We dreigen niet alleen orang-oetans, olifanten en neushoorns kwijt te raken, veel meer soorten staan onder druk. Dit verlies raakt op den duur ook onszelf, als de natuur ons niet meer voldoende voedsel, schone lucht en schoon water kan leveren. Gelukkig weten we wat de oplossing is: duurzame voedselproductie en groene energie. We kunnen de wereld voeden en van energie voorzien zonder natuur te vernietigen. Het is nu een kwestie van doen.' 

Voedselproductie

De huidige voedselproductie is een van de grootste bedreigingen van biodiversiteit. Zo zijn leefgebieden van dieren veel kleiner geworden door ontbossing voor landbouwgrond. In Zuid-Amerika heeft sojateelt geleid tot grootschalige vernietiging van bos en savanne. 

Soja is een hoofdbestanddeel van veevoer en wordt in grote hoeveelheden naar Nederland geëxporteerd als grondstof voor de intensieve veehouderij. In Indonesië wordt regenwoud – leefgebied van de orang-oetan - platgebrand voor palmolieplantages. 

Palmolie zit in veel van de Nederlandse supermarktproducten: van bakolie tot margarine, van snoepgoed tot kant-en-klaar maaltijden en van wasmiddelen tot shampoo. En in Nederland is door de intensieve landbouw het aantal weidevogels, zoals de grutto en de veldleeuwerik, tureluur en scholekster hard achteruit gegaan.

Stuwdammen

Dieren in en rond rivieren, delta’s en moerassen krijgen wereldwijd de grootste klappen. De omvang van populaties zoetwaterdieren is tussen 1970 en 2012 – het laatste jaar met voldoende onderzoeksgegevens –met gemiddeld 81 procent gedaald. 

Vissen, vogels en iconische dieren als rivierdolfijnen hebben het zwaar door de bouw van stuwdammen voor energie en irrigatie van landbouwgewassen, vervuiling en zware visserij. In oceanen vermindert het leven vooral door overbevissing en bijvangsten. Verder zorgen klimaatverandering en stroperij voor afname van wilde dieren.

Comeback diersoorten

Het rapport laat ook zien dat het vergroten en verbinden van beschermde gebieden werkt. Zo is het aantal reuzenpanda’s toegenomen dankzij jarenlange inzet van de Chinese overheid en hulp van WNF. En in Europa is de comeback van de lynx opmerkelijk. 

Het roofdier was door jacht en ontbossing bijna verdwenen, maar keert op tal van plekken terug door bescherming en herintroductie. In Nederland zijn de herintroductie van de bever en de otter voorbeelden van succesvolle natuurbescherming én maatregelen om het oppervlaktewater schoner te krijgen.

Natuurbescherming werkt

'Dit zijn fantastische voorbeelden dat natuurbescherming echt werkt', zegt Schuijt. 'Dat is hoopvol, maar niet meer genoeg om het verlies van dieren te stoppen. We moeten verder kijken dan beschermde natuurgebieden en de oorzaken aanpakken die wereldwijd leiden tot verlies van biodiversiteit.'

Categorie: