Eerste berekening
De eerste berekening, 45 dagen na afloop van een kwartaal, is op basis van de dan beschikbare informatie. Na deze berekening komt voortdurend meer en nieuwe informatie beschikbaar over de Nederlandse economie. De absolute bijstelling van de tweede berekening ten opzichte van de eerste was de afgelopen vijf jaar gemiddeld 0,1 procentpunt. De twee uitersten bedroegen -0,3 en +0,4 procentpunt.
Lichte bijstelling twee voorgaande kwartalen
Bij elke nieuwe berekening bepaalt CBS ook opnieuw de seizoengecorrigeerde reeks van de eerder gepubliceerde kwartalen. Daarnaast worden in het vierde kwartaal de eerste drie kwartalen herzien op basis van de meest recente informatie. De groeicijfers van het tweede en derde kwartaal van 2015 zijn met 0,1 procent naar boven bijgesteld; beide van 0,1 naar 0,2 procent.
Groei ten opzichte van het vierde kwartaal van 2014
Ten opzichte van een jaar eerder groeide de economie in het vierde kwartaal met 1,6 procent. Volgens de eerste berekening was dat ook 1,6 procent.
Economie groeit in 2015 met 2,0 procent
Bij de tweede berekening is de economische groei voor heel 2015 uitgekomen op 2,0 procent. Dat is 0,1 procentpunt meer dan bij de eerste berekening. De overheidsuitgaven zijn opwaarts bijgesteld. De beperking van de aardgasproductie drukte de groei in 2015 zoals eerder gemeld met ongeveer 0,4 procentpunt.
Aantal banen groeit met 60 duizend
Volgens de tweede berekening steeg het aantal banen van werknemers en zelfstandigen in het vierde kwartaal met 60 duizend ten opzichte van het derde kwartaal van 2015. De eerste berekening kwam uit op een stijging van 48 duizend banen. De banencijfers zijn bijgesteld op basis van aangevulde broninformatie.
In het vierde kwartaal van 2015 waren er volgens de tweede berekening 117 duizend banen van werknemers en zelfstandigen meer dan in hetzelfde kwartaal van 2014. Dat was bij de eerste berekening 101 duizend.