zaterdag, 30. januari 2016 - 9:38 Update: 30-01-2016 16:50

Nieuw herinneringscentrum Watersnood 1953

Nationaal Kennis- en Herinneringscentrum Watersnood 1953
Foto: Archieffoto ter illustratie FBF
Ouwerkerk

Nederland krijgt een Nationaal Kennis- en Herinneringscentrum Watersnood 1953. Minister Schultz van Haegen (Infrastructuur en Milieu) heeft deze status verleend aan het Watersnoodmuseum in Ouwerkerk (Zeeland) vanwege het belang van het museum als plaats van herinnering aan de ramp van 1953.

Daarnaast spelen zij een waardevolle rol in voorlichting over waterveiligheid en verzamelen zij wereldwijd kennis over overstromingen.

Het museum heeft sinds de start in 2001 de verbinding gelegd tussen het verhaal van de ramp (herinneren), de lessen die daar uit getrokken zijn (leren) en de manier waarop er nu wordt omgegaan met de risico’s van grote overstromingen in Nederland en elders in de wereld (vooruitkijken). De erkenning van het Ministerie voor Infrastructuur en Milieu is voor het Watersnoodmuseum een bevestiging deze ontwikkeling professioneel voort te zetten.

Schultz: “Het Watersnoodmuseum verdient het om de status nationaal kennis- en herinneringscentrum Watersnood 1953 te krijgen. Het museum weet al jaren op een indringende manier het bewustzijn levend te houden dat we nooit klaar zijn met de bescherming tegen ons water. Het museum vraagt aandacht voor de impact van het verleden, maar laat ook zien wat we vandaag de dag doen tegen overstromingen. Daarmee draagt het museum bij aan het vergroten van het waterbewustzijn van de Nederlanders.”

Het Watersnoodmuseum is in 2001 door vrijwilligers gestart op de plek waar in 1953 de grootste dijkdoorbraak plaatsvond. Het museum – dat gevestigd is in betonnen caissons waarmee het dijkgat destijds is gedicht- blijkt in een behoefte te voorzien: het levend houden van de herinnering aan de ramp die in Zuid-Holland, West-Brabant en Zeeland ruim 1800 mensen het leven kostte. De bezoekersaantallen stijgen nog jaarlijks; in het afgelopen jaar wisten 85.000 mensen uit binnen-en buitenland het museum te vinden. Nog altijd wordt het museum grotendeels door vrijwilligers gedragen, ondersteund door een kleine professionele staf.

Het museum is bijzonder vereerd met de erkenning: “Dit ondersteunt onze ambitie om het verhaal van de Ramp levend te houden, maar ook om te laten zien dat Nederland zich sinds die ramp van 1953 enorm heeft ontwikkeld op een zodanige wijze dat ons land nu wereldwijd bekend staat als de waternatie. Het is onze opdracht om daar zoveel mogelijk mensen deelgenoot van te laten zijn. Ook de nieuwe generaties”, aldus Karla Peijs, voorzitter van het Bestuur van het Watersnoodmuseum.