maandag, 13. maart 2017 - 9:34 Update: 13-03-2017 12:23

Aantal meldingen bij Huis voor Klokkenluiders boven verwachting

Huis voor Klokkenluiders krijgt veel meer meldingen dan gedacht
Foto: Archief EHF
Utrecht

Het aantal adviesverzoeken dat binnenkomt bij het Huis voor Klokkenluiders is boven verwachting hoog.

Dat staat in het eerste jaarverslag van het Huis voor Klokkenluiders dat op 13 maart is gepresenteerd. In het eerste halfjaar namen ruim 500 werknemers contact op met het Huis voor een verzoek om advies. Dat is ongeveer het dubbele van het aanvankelijk verwachte aantal adviesverzoeken.

In ongeveer 15% van de 532 adviesverzoeken blijkt het daadwerkelijk om een klokkenluiderszaak te gaan. Het moet dan gaan om een werkgerelateerde misstand met een maatschappelijk belang, zoals bijvoorbeeld een overtreding van de wet of situaties die gevaar op kunnen op leveren voor personen, de volksgezondheid of het milieu. In 35% van de gevallen moet de zaak nader worden uitgezocht om te kunnen bepalen of de situatie inderdaad aan die randvoorwaarden voldoet. In de overige gevallen verwijst het Huis de melder door naar de juiste instantie.

75% van de klokkenluiders ervaart benadeling

Opvallend is dat ongeveer 75% van de klokkenluiders die zich meldt bij het Huis en die een melding bij de werkgever doet of heeft gedaan, benadeling ervaart. In de meeste gevallen gaat het daarbij om ontslag of het niet verlengen van het arbeidscontract. Paul Loven, voorzitter van het Huis voor Klokkenluiders, hierover: “Ik vind het buitengewoon ernstig dat iemand die op zijn werk te goeder trouw een melding doet van een mogelijke misstand vaak zo’n hoge prijs betaalt. Dat bewijst eens te meer dat het wettelijk verbod op benadeling dat vanaf 1 juli 2016 geldt er niet voor niets is”. Naast het verbod op benadeling verplicht de nieuwe wet alle organisaties met meer dan vijftig werknemers ook tot het invoeren van een interne meldregeling.

Aard en sectoren

Ongeveer de helft van de klokkenluiderszaken waarin het Huis adviseert speelt zich af in de private sector, een derde binnen de publieke sector en het overige deel binnen de semipublieke sector. In de private en semipublieke sector komt fraude, verduistering of diefstal het vaakst voor; in de publieke sector betreft het veelal schendingen van voorschriften of regels.

Op verzoek van de melder kan het Huis ook onafhankelijk onderzoek verrichten naar de misstand of naar de benadeling van de klokkenluider zelf. In het eerste halfjaar werd twaalf keer zo’n verzoek ingediend. In de meeste gevallen betreft het daarbij oudere zaken die speelden voordat het Huis voor Klokkenluiders was opgericht. Ook hier is de verdeling per sector ongeveer gelijk aan de klokkenluiderszaken die door de afdeling Advies worden begeleid.

Rol werkgever

Naast kosteloos en vertrouwelijk advies, een luisterend oor en een eventueel vervolgonderzoek biedt het Huis voor Klokkenluiders ook praktisch advies aan werkgevers op het gebied van integriteit en het toewerken naar een open organisatiecultuur. Doel daarvan is dat meldprocessen bij werkgevers worden geprofessionaliseerd en dat eventuele meldingen van misstanden sneller worden op- en aangepakt. Ook medezeggenschapsraden kunnen hier een belangrijke rol in spelen. In het afgelopen halfjaar werd het Huis daarover ongeveer 300 maal door werkgevers benaderd.

Loven hierover: “Het is van groot belang dat werkgevers het belang inzien van een professionele omgang op dat vlak. Kortom, veilige, goed functionerende meldprocessen die ingebed zijn in een open organisatiecultuur. Alleen op die manier zorg je ervoor dat mogelijke misstanden binnen de organisatie sneller worden gesignaleerd en opgelost en dat werknemers die hun vinger opsteken niet in een benaderde positie terechtkomen”.

AIVD

Zondag schreef NRC dat een medewerker van het Huis gedetacheerd was door de inlichtingendienst AIVD. En dat terwijl het Huis de anonimiteit van de klokkenluiders wettelijk moet beschermen. Op BNR-Radio zegt bestuursvoorzitter van het klokkenluidershuis Paul Loven dat de anonimiteit van de klokkenluiders gegarandeerd wordt. De aanwezigheid van de AIVD-medewerker leidde intern tot discussie en daarop is de detachering beëindigd, aldus NRC. Paul Loven zegt op BNR  dat 'vanuit het ministerie van Binnenlandse Zaken tijdelijk meerdere mensen betrokken geweest bij de opstart van het Huis'. Onder hen waren ook AIVD'ers, 'die rouleren langs diverse diensten'. Zij zouden niet betrokken zijn geweest bij bij concrete zaken  en zijn inmiddels allemaal vertrokken.