vrijdag, 15. september 2017 - 13:50 Update: 15-09-2017 13:58

Schutter (35) Scheepvaartmuseum krijgt 15 jaar celstraf

Schutter (35) Scheepvaartmuseum krijgt 15 jaar celstraf
Foto: Archief EHF/ foto ter illustratie
Amsterdam

De 35-jarige man die op 26 mei 2013 in het Scheepvaartmuseum een 26-jarige man doodschoot, heeft vrijdag van de rechtbank Amsterdam de maximale gevangenisstraf van 15 jaar voor doodslag gekregen. Dit meldt de rechtbank vrijdagmiddag.

Schietpartij in volle feestruimte

De schietpartij vond plaats tijdens dancefeest ‘The Waterfront’. Onder de 800 feestgangers bevonden zich leden van twee rivaliserende criminele bendes. Eerder die avond was er tussen hen al meerdere keren ruzie ontstaan. Hierbij waren ook het latere slachtoffer en de dader betrokken. 

Meerdere kogels

Terwijl twee beveiligers na een laatste opstootje nog bezig waren het latere slachtoffer in bedwang te houden, werd hij van dichtbij neergeschoten. Het slachtoffer werd door meerdere kogels geraakt in zijn hoofd, nek en bovenlichaam. De laatste kogels raakten hem toen hij al weerloos op de grond lag. De schutter ging er na de schietpartij vandoor en kon pas eind 2015 worden aangehouden.

Gewetenloos

Op basis van camerabeelden en getuigenverklaringen komt de rechtbank tot de conclusie dat de 35-jarige man inderdaad degene is geweest die de schoten heeft gelost. Naar het oordeel van de rechters getuigt zijn handelen van een extreme koelbloedigheid en gewetenloosheid.

Moord niet bewezen

Anders dan het Openbaar Ministerie (OM) ziet de rechtbank onvoldoende bewijs voor moord – daarom valt de opgelegde straf lager uit dan de eis van 25 jaar celstraf. Hoewel de leden van de twee groepen waren voorbereid op geweld, omdat er een vuurwapen was meegenomen, is niet vast te stellen in hoeverre de latere schutter daarvan wist of welke rol hij in de voorbereiding heeft gespeeld. Het is niet uitgesloten dat hij als gevolg van de ruzies in een plotselinge opwelling heeft gehandeld.

Ook onvoldoende bewijs voor samenwerking

Evenals het OM ziet de rechtbank onvoldoende bewijs voor de conclusie dat de schutter in opdracht zou hebben gehandeld. Het feit dat een andere betrokkene kort voor de schietpartij het feest verliet en later werd aangehouden met een kogelwerend vest aan en een vuurwapen binnen handbereik, bevestigt dat het geweld die avond niet voor iedereen als een verrassing kwam. Wat de feitelijke rol van alle betrokkenen is geweest, kan echter niet worden achterhaald.