maandag, 30. oktober 2017 - 16:09 Update: 30-10-2017 16:23

OM eist 16 jaar celstraf in cold casezaak Miriam Sharon

OM eist 16 jaar celstraf in cold casezaak Miriam Sharon
Foto: Archief EHF
Den Haag

Voor de gruwelijke moord op de destijds 36-jarige Miriam Sharon is 27 jaar na dato alsnog een verdachte voor de rechter gebracht. Dit meldt het Openbaar Ministerie (OM) maandag.

Cold caseteam

In 1990 werd Miriam Sharon (36) thuis in Den Haag op een vreselijke manier om het leven gebracht. Na DNA-onderzoek door het cold caseteam van de politie eiste het Openbaar Ministerie vandaag bij de rechtbank 16 jaar cel tegen een 53-jarige verdachte uit Israël.

'Gestuurd'

Miriam Sharon wordt op 8 oktober 1990 in haar huis aan de Regentesselaan in Den Haag om het leven gebracht. Haar 7-jarige dochtertje ziet nog hoe aan het begin van de avond een Israëlische man in huis komt, die zegt dat hij 'was gestuurd'. Daarna wordt het kind door haar moeder naar bed gestuurd.

Keel doorgesneden

Wanneer de bovenbuurvrouw later op de avond een schreeuw hoort, gaat ze kijken. Het dochtertje ligt nog in bed, maar in de gang vindt ze Miriam Sharon aan met een doorgesneden keel. Verder is er niemand in huis. De politie treft nog wel een zwarte leren jas aan. De man die eerder op de avond was gekomen, had volgens de dochter een zwarte leren jas.

Opgepakt als cold case

Naar de moord op Miriam Sharon wordt in 1990 al uitgebreid onderzoek gedaan, er komen ook twee verdachten in beeld. Toch kan de zaak uiteindelijk niet worden opgelost. In 2015 wordt besloten om de moord opnieuw te laten onderzoeken door het Haagse cold caseteam. Er zitten namelijk bewijsstukken in het dossier die met nieuwe onderzoeksmethoden misschien ook wel nieuwe resultaten opleveren.

Er wordt een DNA-profiel verkregen van een sigarettenpeuk en een nagelschaartje die in 1990 in beslag zijn genomen. Dat profiel blijkt te matchen met één van de verdachten die in 1990 al in beeld was.

Opgraving

In september 2017 wordt in Israël het lichaam van Miriam Sharon opgegraven. Er zijn aanwijzingen dat zij met haar nagels en tanden haar aanvaller had afgeweerd. Mogelijk is daarop dus nog DNA van de dader terug te vinden, als het lichaam na al die jaren tenminste nog in redelijke staat is. 'We wisten niet wat we zouden aantreffen', vertelt de officier van justitie, 'maar waren hoopvol. Het klimaat in Israël is erg gunstig, namelijk hoog en droog, dus als we ergens kans op succes zouden hebben was het daar.'

De uitkomst is echter teleurstellend, er wordt geen DNA aangetroffen. 'Die kans zat er natuurlijk in', aldus de officier van justitie, 'maar je doet alles wat je kunt in zo'n zaak. Je wilt niet blijven zitten met de vraag: hadden we daar resultaat uit kunnen halen?'

Overige aanwijzingen

Dankzij het DNA spoor is de verdachte nu via een reeks aanwijzingen aan de moord te linken. De sigarettenpeuk waar DNA vanaf kwam, is van hetzelfde merk als een pakje sigaretten in de zwarte leren jas op de plaats delict. In die jas wordt een ticket gevonden van een kluisje in het bagagedepot van station Brussel, dat een aantal uren voor de moord is afgestempeld. In dat kluisje worden onder meer het identiteitsbewijs van verdachte en spullen met zijn vingerafdrukken erop aangetroffen.

Volgens de officier van justitie blijkt hieruit dat hij eerder op de dag vanuit Brussel naar Den Haag is gereisd. Gelet op de reistijd en het moment waarop Miriam Sharon werd gevonden, gaat het om een korte tijdspanne waarin hij in de woning moet zijn geweest. Er zijn geen sporen dat er iemand anders is geweest. En hoewel de onderzoeksresultaten zeker om een uitleg vragen, geeft verdachte die niet.

Moord

In 1990 gold voor doodslag nog een verjaringstermijn, die inmiddels is verlopen. Daardoor is het niet mogelijk verdachte hiervoor nog te vervolgen. Het Openbaar Ministerie is echter overtuigd dat sprake was van voorbedachte rade, moord dus. Dit verjaart niet en dus kon de verdachte toch voor de rechter worden gebracht voor dit feit.

De officier van justitie betoogde vandaag in de rechtbank dat verdachte rechtstreeks uit een ander land kwam, zijn bagage achterliet op het station van Brussel en direct naar de woning van het slachtoffer reisde. Hij kende het slachtoffer niet, maar zei wel dat hij was gestuurd. Daarbij was er geen sprake van een ruzie en opwelling, maar wachtte de dader rustig zijn kans af om haar de keel door te snijden. Uit dit alles is volgens de officier van justitie af te leiden dat sprake was van een vooropgezet plan.

Categorie:
Provincie: