In eerste instantie leek het er op dat sprake zou zijn geweest van een ongelukkige val. Na sectie op het lichaam kon er geen duidelijke doodsoorzaak worden vastgesteld. De voorzichtige conclusie van het NFI was verstikking.
De rechtbank sprak verdachte vrij omdat, zo vond de rechtbank, niet met voldoende mate van zekerheid kon worden vastgesteld dat Vivica Spong ten gevolge van een door verdachte gepleegd misdrijf om het leven is gekomen. Het OM was het met deze vrijspraak niet eens en stelde hoger beroep in.
Anders dan de rechtbank is het OM van mening dat de aanwijzingen voor verstikking (en de totale afwezigheid van aanwijzingen voor een andere doodsoorzaak) in combinatie met het tactisch bewijs zoals onder meer de leugenachtige verklaringen van verdachte op heel veel punten, bloedsporen in de woning en de zeer belastende zoektermen wel degelijk voldoende bewijs opleveren om te komen tot een veroordeling voor de moord op Vivica Spong en haar nog ongeboren zoon.