Het aanvankelijke gebiedsverbod stamt van juni. De voorzieningenrechter is van oordeel dat de burgemeester bij dit nieuwe besluit niet goed heeft gemotiveerd waarom er nog steeds een ernstige vrees bestaat voor verstoring van de openbare orde door betrokkenen en waarom er thans weer een gebiedsverbod voor de duur van drie maanden moet worden opgelegd. De rechter neemt in dit oordeel mee dat zich in de afgelopen maanden geen incidenten hebben voorgedaan en dat het eerder opgelegde gebiedsverbod niet is overtreden. Ook is van belang dat de feitelijke situatie op camping Fort Oranje intussen in belangrijke mate is gewijzigd, omdat al veel bewoners zijn vertrokken en de meeste velden zijn ontruimd. Overigens is tegen dat gebiedsverbod toen ook een verzoek om een voorlopige voorziening ingediend door twee van de thans betrokkenen. Toen heeft de voorzieningenrechter geoordeeld dat dat besluit van kracht bleef.
Heroverwegen
De voorzieningenrechter schorst het opgelegde gebiedsverbod per 1 december. De burgemeester dient op grond van het bezwaarschrift de verlenging van het gebiedsverbod te heroverwegen en een nieuw besluit te nemen. Tot die tijd is het gebiedsverbod geschorst.