Ajax was het merendeel van de wedstrijd de betere ploeg. De Amsterdammers hadden meer balbezit, creëerden de meeste doelpogingen, maar misten de finesse om het FC Twente écht moeilijk te maken. Via Blaise N'Kufo kwamen de Tukkers op voorsprong dankzij slordig verdedigen van de ploeg van trainer Danny Blind.
Kort na rust maakte Markus Rosenberg met een kopbal uit een voorzet van Mauro Rosales de gelijkmaker. Ajax mocht daar niet al te lang van genieten, want nog in dezelfde minuut maakte N'Kufo de tweede Twentse treffer na een halve redding van Maarten Stekelenburg.
In het verdere verloop van de wedstrijd was Ajax wel de sterkere ploeg, maar wist het nauwelijks kansen te creëeren. Een fout van de debuterende Arnar Vidarsson moest er aan te pas komen om Ajax in het zadel te helpen. Twee minuten voor tijd strafte Hedwiges Maduro het slechte uitverdedigen van de nieuwe IJslander keihard af: 2-2.
Urby Emanuelson zorgde in de laatste minuut voor de verrassing van de wedstrijd door van buiten het strafschopgebied Sander Boschker - die zijn 400ste competitiewedstrijd speelde - met een kater naar huis te sturen.
