donderdag, 11. mei 2006 - 8:33

Apeldoorn voorbereid op rupsen

Apeldoorn

De eikenprocessierups is inmiddels ook aangetroffen in Apeldoorn. Afgelopen najaar zijn er drie nesten aan de randen van onze gemeente gesignaleerd en verwijderd door de gemeente Apeldoorn. De gemeente bekijkt op dit moment of er nieuwe nesten zijn. Zodra deze worden waargenomen, gaat de gemeente over tot bestrijding. De gemeente bestrijdt de rups op een milieuvriendelijke wijze.

Dit gebeurt grotendeels door middel van het wegbranden van rupsen en nesten. In sommige situaties is branden niet mogelijk of onvoldoende effectief. In deze gevallen zal de gemeente het gebruik van biologische bestrijdingsmiddelen of het opzuigen van de rupsen overwegen.

Om gezondheidsrisico’s zoveel mogelijk te voorkomen bestrijdt de gemeente de rupsen zowel op bomen in de openbare ruimte als op particulier terrein. Bijvoorbeeld op bomen op terreinen van woningbouwcorporaties, sportverenigingen, campings, maneges en recreatie- en attractieparken en -bedrijven. Uitzondering hierop zijn terreinen van andere overheden en terreinbeherende organisaties met maatschappelijk belang zoals buurgemeenten, Provincie, Rijkswaterstaat, Waterschap, Staatsbosbeheer, Gelders Landschap, Stichting Landschapsbeheer en Natuurmonumenten.

De eikenprocessierups is de larve van de eikenprocessie-vlinder. Deze nachtvlinder legt haar eitjes vooral op zomereiken langs lanen, erfbeplantingen en wegbermen. De eitjes komen omstreeks deze tijd van het jaar uit, maar de jonge larven zorgen u nog nauwelijks voor ongemak.

Omstreeks half mei zijn ze volgroeid en krijgen ze de bekende brandharen. Deze brandharen kunnen tot en met augustus voor mens en dier ongemak veroorzaken. Vooral omdat deze door de wind worden verspreid. De reacties op de brandharen zijn verschillend van persoon tot persoon. Meestal gaat het over een op allergie lijkende huiduitslag, zwellingen, rode ogen en hevige jeuk.

De jonge eikenprocessierupsen zijn te herkennen aan hun een oranje kleur, als ze in april uit hun eitjes komen. Als ze volgroeid zijn, verandert de kleur in grijsblauw met lichtgekleurde zijden. En hebben ze een zwartbruine kop. Ze hebben lange, grijzig witte beharing. Deze haren staan op roodachtig oranje wratten. Vooral het gedrag van de eikenprocessierups is kenmerkend, de rupsen verplaatsen zich ’s nachts, op zoek naar voedsel, in lange stroken dicht naast elkaar als in een processie.

Overdag trekken ze zich weer terug in hun nesten, waar ze in grote groepen bijeen leven. De nesten zijn te vinden op de stam van de boom of op dikkere takken. Ze bestaan uit een dicht spinsel van vervellingshuidjes, met (brand)haren en uitwerpselen.

De eikenprocessierups wordt nogal wel eens verward met de spinselmot. Deze kan hele struiken kaalvreten en kapselt deze in met een wit zijdeachtig spinsel. Eikenprocessierupsen worden, in tegenstelling tot spinselmotten, vrijwel alleen gevonden op Eiken.

Bewoners en eigenaren van bomen die menen de rups in hun omgeving te zien kunnen contact opnemen met de Buitenlijn van de gemeente Apeldoorn. Het telefoonnummer is
0800 - 580 22 22.
Provincie:
Tag(s):