Op de zege viel helemaal niets af te dingen. Vanaf het allereerste fluitsignaal was Sevilla gretiger en doortastender dan de ploeg van Frank Rijkaard. Het leidde ertoe dat Sevilla al na zeven minuten op voorsprong kwam door Renato, die alert reageerde op de rebound van Fabiano's kopbal. Daarvoor was de ploeg van trainer Juande Ramos ook al gevaarlijk geweest via Fabiano en Escude.
Na de treffer schrok Barca enigszins wakker. Maar het overwicht dat de Catalanen, met Van Bronckhorst en Van Bommel op de tribune, creëerden leidde niet tot gevaar. De counter van Sevilla wel. Op slag van rust leidde zo'n snelle uitbraak zelfs tot de 0-2 van Kanouté, die onzeker ingrijpen van doelman Valdes afstrafte met een achterwaartse kopbal.
Na rust bleeft Barca in een te laag tempo voetballen. Het was een kolfje naar de hand van Sevilla, dat het duel vroegtijdig had kunnen beslissen. Een kopbal van Renato scheerde echter rakelings naast. Omdat de invallers Gudjohnsen en Iniesta goede mogelijkheden mistten, werd de misser van Renato Sevilla niet fataal. Sterker nog, in de laatste minuut liep de UEFA Cup-winnaar nog verder weg. Maresca schoot toen een door Puerta versierde penalty onberispelijk binnen, 0-3.
