woensdag, 13. december 2006 - 18:42

Bouw moskee Peppelensteeg mag doorgaan

Ede

De Raad van State heeft alle inhoudelijke bezwaren van de Initiatiefvereniging Peppelensteeg tegen een bouw van een moskee aan de Peppelensteeg afgewezen. Wel is de Raad van oordeel dat de gemeente Ede de initiatiefvereniging de kans had moeten geven te reageren op een aanvullend parkeeronderzoek.

Omdat de Raad van State van mening is dat dit horen niet geleid zou hebben tot een ander besluit, verbindt zij daar verder geen gevolgen aan.

De Stichting Moslims Ede heeft op 28 mei 2004 een bouwvergunning aangevraagd voor de bouw van een moskee in het Peppelensteegebied. Op 17 november 2004 heeft het college deze bouwvergunning verleend. Tegen deze bouwvergunning hebben diverse gebruikers en omwonenden van het Peppelensteeggebied hebben bezwaar gemaakt.

Zowel de gemeente Ede als de bestuursrechter in Arnhem hebben deze bezwaren ongegrond verklaard. Één van de bezwaarmakers, de initiatiefvereniging Peppelensteeg, heeft uiteindelijk hoger beroep aangetekend bij de Raad van State.

De Raad van State geeft de gemeente en de bestuursrechter inhoudelijk op alle punten gelijk. Wel tikt zij de gemeente Ede op de vingers voor wat betreft de gevolgde procedure. De gemeente Ede heeft naar aanleiding van de bezwaren nog een aanvullend verkeersonderzoek uit laten voeren. De bezwaarmakers hebben niet op dit onderzoek kunnen reageren vóór dat de gemeente Ede een beslissing op hun bezwaar nam. Om die reden heeft de Raad van State de beslissing op het bezwaar van de gemeente Ede formeel vernietigd.

De Raad van State voegt daar echter uitdrukkelijk aan toe dat de gemeente Ede géén nieuwe beslissing op het bezwaar hoeft te nemen. De initiatiefvereniging heeft namelijk bij de bestuursrechter uitgebreid op het aanvullende parkeeronderzoek kunnen reageren en heeft daarbij niet aannemelijk kunnen maken dat dit onderzoek ondeugdelijk zou zijn. Ook als de gemeente Ede de bezwaarmakers wél de gelegenheid geboden had om op het aanvullende parkeeronderzoek te reageren, dan zou zij de bewaren ongegrond verklaard hebben. Daarom vindt de Raad van State het niet nodig dat de gemeente Ede een nieuwe beslissing neemt.

De gemeente Ede is verheugd dat de Raad van State alle inhoudelijke bezwaren tegen de bouw niet gegrond heeft verklaard. Dit betekent dat tegen de bouw geen beroep meer mogelijk is. De opmerkingen van de Raad met betrekking tot de vormfout zal de gemeente ter harte nemen.
Provincie:
Tag(s):