maandag, 31. maart 2008 - 13:00

Artsen reanimeren beter door verhogen zelfvertrouwen

Utrecht

Artsen moeten niet alleen kúnnen reanimeren, ze moeten het ook dúrven. Dat stelt kinderanesthesioloog Nigel Turner naar aanleiding van zijn promotie­onderzoek dat hij uitvoerde aan het UMC Utrecht.

Hij ontdekte dat artsen met een hogere zelf-effectiviteit betere spoedeisende hulp verlenen. Bijscholing in de spoedeisende geneeskunde, zoals de Advanced Paediatric Life-Support-cursus, zou meer aandacht moeten hebben voor zelf-effectiviteit. Turner promoveert op 1 april aan de Universiteit Utrecht.

In zijn onderzoek simuleerde Turner bij meer dan vijftig artsen een patiënt in een acute levensbedreigende situatie. Met een speciaal ontwikkelde kinderreanimatiepop bezocht hij artsen in drie ziekenhuizen. Geheel onverwacht moesten zij de gesimuleerde patiënt behandelen. Artsen met een hogere zelf-effectiviteit voor reanimeren behandelden de nep-patiënt beter dan collega’s met minder vertrouwen in eigen kunnen. Ook bleek dat artsen die de APLS-cursus gevolgd hadden twee keer zo goed reanimeerden als collega’s die dat niet hadden gedaan. Zelf-effectiviteit is het geloof in eigen vermogen om een bepaalde situatie effectief aan te pakken.

Het positieve effect van zelfvertrouwen had Turner verwacht, toch was hij verbaasd over de simulaties. "Slechts eenderde van de artsen heeft de simulatie-patiënt een goede overlevingskans geboden", analyseert Turner. "De rest is een cruciale handeling overgeslagen, tien procent vergat bijvoorbeeld hartmassage te doen." Bij acute levensbedreigende situaties moeten artsen handelen volgens het ABC: airways, breathing, circulation. Ze moeten luchtwegen, ademhaling en bloedcirculatie veilig stellen.

In een eerder onderzoek vergeleek Turner 153 artsen die de APLS-cursus gedaan hadden met een controlegroep. Het volgen van de cursus vergrootte weliswaar gedurende een half jaar de zelf-effectiviteit, maar dat leidde er niet toe dat de artsen de geleerde vaardigheden meer gingen gebruiken. Waarschijnlijk door gebrek aan gelegenheid om ze te gebruiken, aangezien acute levensbedreigende situaties bij kinderen niet zo vaak voorkomen.

Turner vindt dat zelf-effectiviteit explicietere aandacht moet krijgen in de APLS en overige cursussen. In Nederland kunnen SEH-artsen, kinderartsen, chirurgen en anesthesiologen de APLS-cursus doen. De cursus maakt gebruik van leertechnieken om zelf-effectiviteit te vergroten. Bijvoorbeeld zelf oefenen van reanimatietechnieken; leren door collega’s te observeren en dit achteraf in een groep te bespreken; positieve feedback van instructeurs; en het verminderen van stress.
Categorie:
Tag(s):