woensdag, 9. april 2008 - 21:42

Discriminatie op grond van vrouw-zijn ongegrond verklaard

Arnhem

De commissie Ongewenste Omgangsvormen onder leiding van onafhankelijk voorzitter mevrouw mr. H.Koldewee heeft de klacht van een oud-politiemedewerkster van het district Rivierenland ongegrond verklaard. De oud-politiemedewerkster had gesteld dat zij gediscrimineerd was op grond van haar vrouw-zijn.

Deze klacht heeft zij veelvuldig in landelijke media toegelicht. Met name stelde zij in haar functioneren nadeel te hebben ondervonden van de onevenredige kritische en bevooroordeelde opstelling van haar leidinggevende. Eerder had de oud-medewerkster geklaagd over discriminatie op grond van haar geaardheid; deze klacht is later in de procedure door haar ingetrokken.

De commissie heeft de oud-politiemedewerkster, haar directe leidinggevende en acht getuigen gehoord. Op basis hiervan heeft de commissie moeten vaststellen dat de stelling, dat de oud-politiemedewerkster vanwege haar vrouw-zijn zou zijn gediscrimineerd of benadeeld, door geen van de getuigen (en ook niet de door haarzelf aangedragen getuigen) wordt bevestigd. Deze getuigen hebben dit ook nooit van haar gehoord.

Voor de stelling dat de oud-medewerkster negatiever is bejegend en beoordeeld dan wanneer zij een man zou zijn geweest, kon de commissie geen steun vinden in de verklaringen. De commissie constateert ook dat de leidinggevende niet alleen stond in zijn kritische houding tegenover de oud-medewerkster. Het besluit haar geen vaste aanstelling te geven is gebaseerd op meerdere beoordelingen van haar functioneren, zo concludeert de commissie. De eindconclusie van de commissie is dus dat de klacht ongegrond is.

De commissie Ongewenste Omgangsvormen bestaat uit een onafhankelijk voorzitter en leden van het korps. De commissie is ingesteld om politiemedewerkers van het korps Gelderland-Midden de gelegenheid te bieden ongewenste omgangsvormen en onbehoorlijke bejegening te laten toetsen.
Provincie:
Tag(s):