Duizendste levertransplantatie in het UMCG

Sinds de eerste levertransplantatie is er veel veranderd. De kans van slagen van de transplantatie is veel groter geworden. De eerstejaars-overleving is gestegen van 60 à 70 procent in de eerste jaren naar maar liefst 92 procent nu. Zowel de 60 à 70 procent van toen, als de 92 procent van nu is een uitstekend resultaat; hiermee kan het UMCG zich meten met de beste centra ter wereld.

Ook is in de loop der jaren meer aandacht gekomen voor de kwaliteit van leven ná de operatie. Met de opgebouwde kennis en jarenlange ervaring is niet alleen het resultaat van de operatie sterk verbeterd, maar ook de pre- en postoperatieve zorg. Hierdoor is de kwaliteit van leven van levertransplantatiepatiënten en hun levensverwachting op lange termijn sterk verbeterd. Tegenwoordig ontvangen jaarlijks vijftig tot zestig leverpatiënten een nieuwe lever in Groningen.

De lever is ‘de fabriek’ van het menselijk lichaam. Hij heeft vele functies, waaronder het ontgiften van het bloed en het aanmaken van gal en verschillende eiwitten. Enkele van die functies zijn machinaal te vervangen, maar slechts tijdelijk. Zonder lever zou een mens binnen 48 uur sterven.

Een donorlever heeft geen ‘beperkte houdbaarheid’, en kan vaak voor de rest van het leven mee. Veel levertransplantatiepatiënten overlijden uiteindelijk niet aan hun leveraandoening, maar hebben een andere doodsoorzaak.