Zware Engelse vliegtuigbom geruimd in Westkapelle

Hoewel de bomruimers in eerste instantie voortvarender dan verwacht aan de slag gingen, mislukte een eerste poging om de ontsteker los te draaien van de bom. Later in de ochtend ging dit wel goed. Na demontage is de bom vervoerd naar Vrouwenpolder, waar de EOD het explosief op het strand tot ontploffing bracht.

Een geallieerd bombardement op de dijk van Westkapelle in 1944 zorgde vandaag opnieuw voor spannende momenten in de Zeeuwse kustplaats. Bij de ruiming van een 1000-ponder door de Explosieven Opruimingsdienst Defensie (EOD) moesten omwonenden hun huis of bedrijf verlaten.

Vanwege de ligging van het explosief, naast het gebouw van de Koninklijke Nederlandse Redding Maatschappij, en het type ontsteker moest de EOD de vliegtuigbom ter plekke demonteren. Een klus die niet zonder gevaar is, omdat bijvoorbeeld de ontsteker kan afbreken of de ruim 450 kilo zware bom onbedoeld explodeert.

Zandbunker
De risico’s werden zo klein mogelijk gehouden door met zand gevulde containers rond de bom te plaatsen. Een houten overkapping, met daarop grote zakken zand, maakten de tijdelijke bunker compleet. Ondanks deze constructie bleef er een gebied van 500 meter rondom de bom waar scherven konden komen. Deze zone werd door politie geëvacueerd en beveiligd.

Voorgeschiedenis
De vliegtuigbom werd 24 maart gevonden tijdens graafwerkzaamheden om de dijk te versterken. Omdat er mogelijk meer bommen lagen, is besloten de 1000-ponder pas te ruimen aan het einde van de werkzaamheden.

2000 meldingen
Het gaat om een vliegtuigbom welke tijdens de bombardementen op Westkapelle van 3 en 17 oktober 1944 is afgeworpen. De geallieerde bombardementen op de dijk waren bedoeld om Walcheren onder water te zetten, zodat de Duitse verdedigingslinie verstoord zou raken en een aanval vanaf zee mogelijk was. Eind vorig jaar ruimde de EOD in de Zeeuwse plaats nog een Amerikaanse 1000-ponder welke 2,5 meter onder het zeewater lag.

De EOD ontmantelt in Nederland dagelijks bommen uit de Tweede Wereldoorlog. Toch vormen de 1000-ponders altijd weer een bijzonder karwei, tussen de circa 2000 meldingen die de specialisten per jaar binnenkrijgen. Vaak rukken ze uit voor lichtere explosieven, zoals handgranaten, of voor verdachte pakketjes.