woensdag, 12. september 2012 - 13:09

Archeologen onderzoeken vestingterrein Slot Loevestein

Amersfoort

Bij archeologisch onderzoek op het vestingterrein van Slot Loevestein zijn soldatenbarakken uit het begin van de 17e-eeuw en later tijd opgegraven.

Ook zijn resten van de oude slotgracht aangetroffen. De opgraving, het grootste archeologisch onderzoek op het vestingterrein tot nu toe, ging deze week van start. Het onderzoek wordt in opdracht van de Rijksgebouwendienst uitgevoerd door ADC ArcheoProjecten, vooruitlopend op aanpassingen van gebouwen op het terrein.

Militaire geschiedenis boven de aarde
De archeologen verwachten meer te weten te komen over de 17e-eeuwse militaire geschiedenis van Slot Loevestein. Er is in het bijzonder aandacht voor de verschillende bouwfasen van de soldatenbarakken uit die tijd en de ligging en beschoeiing van de slotgracht. De komende twee weken wordt 300 m2 van het terrein onderzocht; er zal tot circa drie meter diepte worden gegraven. De opgravingen worden in nauwe samenwerking met de Rijksgebouwendienst, de gemeente Zaltbommel en leden van de Archeologische Werkgroep Loevesteyn uitgevoerd, die al veel onderzoek deden op het terrein. Het onderzoek gaat vooraf aan de aanpassing van vier gebouwen op het terrein in het kader van het Masterplan 2012-2020. Met dit herinrichtingsplan zal Loevestein, een monument van de Rijksgebouwendienst, beter toegerust zijn op de ruim 120.000 bezoekers die het jaarlijks ontvangt.

Slotgracht eind van de 16e eeuw gedicht
Het archeologisch onderzoek is gericht op de periode dat Loevestein dienst deed als vesting in de Oude Hollandse Waterlinie ter verdediging van Holland in de 17e en 18e eeuw. Bekend is dat de slotgracht aan het eind van de 16e eeuw is gedicht. In het begin van de 17e eeuw verrijzen er twee rijen soldatenbarakken en een aantal andere gebouwen binnen de vesting, bedoeld om de compagnie te huisvesten. Rond 1700 ontwikkelt het terrein zich tot een echt militair dorp waar ook de gezinnen van de militairen wonen. De soldatenbarakken worden dan vervangen door soldatenhuisjes zoals die er nu nog staan. Daar wonen dan ook de predikant, de veerman en de lagere officieren. Ook wordt er een laboratorium, een schooltje en een ruimte voor de vroedvrouw ingericht.

Slot Loevestein
Loevestein, strategisch gelegen op het meest westelijke punt van het land van Maas en Waal, is in de vaderlandse geschiedenis vooral bekend als het slot waaruit rechtsgeleerde Hugo de Groot in 1621 in een boekenkist ontsnapte. In die periode deed het slot dienst als staatsgevangenis van de Republiek der Verenigde Nederlanden, waar politiek en religieus andersdenkenden en staatsgevangenen werden opgesloten. De geschiedenis van het slot gaat echter veel langer terug. De burcht is in 1361 gebouwd door ridder Dirc Loef van Horne, heer van Altena; centraal gelegen en vooral voor tolheffing bedoeld. De gracht is rond 1379 uitgegraven en tot in de 16de eeuw actief onderhouden; de huidige slotgracht is een 20ste-eeuwse reconstructie. In de loop der eeuwen wordt de burcht uitgebouwd met een ringmuur, nieuwe torens en een poortgebouw.

In de 15de en 16de eeuw verrijzen er verschillende bouwwerken op de voorburcht, die later weer worden afgebroken. Tijdens de Tachtigjarige Oorlog wordt het slot door Willem van Oranje versterkt met vestingwallen, bastions en een buitengracht. Vanaf de 17de eeuw maakte het slot deel uit van de Oude Hollandse Waterlinie en de latere Nieuwe Hollandse Waterlinie.
Provincie:
Tag(s):