donderdag, 19. juli 2012 - 16:48

Onderzoek naar liftdode brengt geen duidelijkheid over toedracht

Utrecht

Het onderzoek naar het overlijden van de 65-jarige man die op 3 februari 2012 dood werd aangetroffen in een lift op het Smakkelaarsveld is afgerond. De officier van justitie heeft geconcludeerd dat er geen verband is vast te stellen tussen de dood van de man en het functioneren van de lift. Zodoende is er geen aanleiding voor strafbare vervolging.

Op 1 februari werd de 65-jarige man vermist. Hij is hulpbehoevend en woonde in het appartementencomplex aan het Smakkelaarsveld samen met zijn 91-jarige vader. Toen hij vermist werd, is intensief gezocht in en om het gebouw. Er werd niet in de lift gezocht omdat men in de veronderstelling was dat de lift nog steeds kapot was. Het was niet bekend dat de lift vlak voor de vermissing gerepareerd was.

Pas na 50 uur werd de man in de lift gevonden. De schouwarts concludeerde dat hartfalen de doodsoorzaak was. Omdat er twijfel was over de toedracht besloot het Openbaar Ministerie een onderzoek in te stellen. Onduidelijk was of het intreden van de dood een reactie was op een liftstoring of dat de lift stopte omdat de man na het hartfalen ten val kwam waardoor het kooideurcontact werd verbroken. De politie heeft hierop technisch onderzoek verricht en getuigen gehoord. Ook de rapportage van het Liftinstituut is hierbij betrokken. Uit het politieonderzoek komt naar voren dat er veel klachten waren over het functioneren van de lift, maar er is niet vast te stellen dat er verband is tussen het hartfalen en de storing van de lift. Ook is niet vast te stellen of de spreek-luisterverbinding in de lift heeft gewerkt.
Provincie:
Tag(s):