vrijdag, 27. april 2012 - 17:30

Tien jaar cel voor misbruik dochter

Groningen

In de zaak tegen de 53 jarige verdachte, vader van een dochter van 12 jaar die is bevallen van een baby op 22 maart 2011, heeft de rechtbank een gevangenisstraf opgelegd voor de duur van 10 jaar.

De rechtbank acht bewezen dat er sprake is geweest van seksueel misbruik gedurende een periode van bijna zes jaar. De rechtbank is van oordeel dat uit het studioverhoor en de beelden daarvan blijkt dat het slachtoffer zich vrij voelde te verklaren zoals zij deed en ziet geen reden te twijfelen aan de betrouwbaarheid van haar verklaring. De verklaring wordt voldoende ondersteund door getuigenverklaringen en feitelijke gegevens. De verklaring wordt bovendien in belangrijke mate ondersteund door het feit dat op 22 maart 2011 uit het slachtoffer een kind is geboren waarvan uit onderzoek is gebleken dat verdachte de vader is.

Levenslang herinnerd
Bij de bepaling van de hoogte van de straf heeft de rechtbank rekening gehouden met het feit dat het om zeer ernstige strafbare feiten gaat en verdachte eerder is veroordeeld voor misbruik met zijn –andere- dochter. Verdachte heeft het vertrouwen dat een kind in zijn ouder moet kunnen stellen op ernstige wijze beschaamd en heeft voor het slachtoffer voor een hele lange periode een onveilige situatie gecreëerd. Hij heeft stelselmatig zijn eigen belangen voor de belangen van zijn dochter gesteld. Bovendien heeft hij zijn dochter adequate medische zorg tijdens de zwangerschap en bevalling onthouden. Door de bijzondere familieband die is ontstaan zullen het slachtoffer en haar kind voor de rest van hun leven aan dit strafbare handelen van verdachte worden herinnerd.

Geen onderzoek
De rechtbank rekent het verdachte aan dat hij geen volledige verantwoordelijkheid voor zijn handelen heeft genomen en geen blijk van inzicht heeft gegeven in het leed dat hij heeft veroorzaakt. Hij heeft niet mee willen werken aan een onderzoek door gedragsdeskundigen in het Pieter Baan Centrum. Daardoor is niet vast te stellen of er sprake is van eventuele psychische stoornissen. Er kan dan ook niets gezegd worden over de toerekenbaarheid, de kans op herhaling en de noodzaak tot behandeling of begeleiding. Bij de bepaling van de hoogte van de straf heeft de rechtbank hiermee rekening gehouden.
Provincie:
Tag(s):